Wat zijn mogelijke maatregelen om minder in de zon te werken?

Zowel werknemers als werkgevers nemen het risico van blootstelling aan UV-straling bij werk in de buitenlucht onvoldoende serieus. Uit recent Duits onderzoek blijkt dat bijna 45% van de buitenwerkers nooit zonnebrandmiddelen gebruikt. Mogelijke maatregelen zijn:

• Organisatorisch: het aanpassen van werktijden en roosters waarbij zoveel mogelijk voorkomen wordt dat tussen 12.00 en 15.00 in de zon gewerkt wordt. Dit kan door werk in binnenruimten of in de schaduw in te plannen. Als dit roostertechnisch niet mogelijk is kan gezocht worden naar overkapping om schaduw te creëren. Ook het afdekken van sterk UV-reflecterend materiaal zoals beton en water werkt UV-werend.
• Persoonlijke beschermingsmiddelen in de vorm van (UV-werende) kleding met lange mouwen en lange broekspijpen, helm of pet met nekflap en een zonnebril. Ook het gebruik van anti-zonnebrandcrème draagt bij aan de persoonlijke bescherming tegen UV-straling.
• Door middel van voorlichting op de werkplek de bewustwording vergroten over het risico van langdurige blootstelling aan UV-straling. Tevens dient naleving van op de werkvloer getroffen maatregelen gestimuleerd te worden.

Om werknemers bewust te maken van de risico’s en te stimuleren de beschermingsmiddelen  te gebruiken, moet de werkgever volgens de Arbowet voorlichting geven. Dat kan via verschillende kanalen zoals werkoverleg, het personeelsblad, poster en folders et cetera. Raad werknemers aan om zichzelf regelmatig te controleren, want vroegtijdige signalering vergroot de kans op behandeling.