Kantineregeling BTW: wat gebeurt er als de ‘theoretische omzet’ groter is dan de ‘werkelijke omzet’?
Is de ‘theoretische omzet’ groter dan de ‘werkelijke omzet’, dan wordt aangenomen dat het personeel is bevoordeeld. Het verschil tussen deze bedragen wordt verder aangeduid als de ‘personeelskantinekorting’.
Het personeel krijgt aldus eten en drank tegen te lage prijzen. Aftrek is uitgesloten voor een bedrag dat correspondeert met 6% van de ‘personeelskantinekorting’. In de praktijk betekent dit dat de ondernemer aan het einde van het jaar 6% van de berekende ‘personeelskantinekorting’ moet terugbetalen.
Blijft de ‘personeelskantinekorting’, verhoogd met de kosten van alle overige personeelsvoorzieningen, onder een jaarlijks bedrag van EUR 227 excl. BTW per werknemer, dan is aftrek van BTW op kosten niet uitgesloten. In dat geval behoeft de ondernemer evenmin de hiervoor genoemde 6% te betalen. Bedragen de totale kosten per werknemer echter meer dan EUR 227, dan moet de ondernemer wel 6% van de ‘personeelskantinekorting’ betalen. In het laatste geval telt de ‘personeelskantinekorting’ niet meer mee voor het vaststellen van de EUR 227 grens voor de overige personeelsvoorzieningen.
Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 372 vragen en antwoorden over BTW.