Hoe verloopt de heffing bij aankoop door een Nederlandse rechtspersoon die geen ondernemer is?

Bij dergelijke rechtspersonen kan gedacht worden aan overheidslichamen zoals bijvoorbeeld een gemeente of een provincie maar ook aan stichtingen en verenigingen voor zover deze geen economische activiteiten verrichten. Kopen dergelijke rechtspersonen goederen in een EU-land dan geldt het volgende regime. Bij aankoop van goederen in een ander EU-land betalen de rechtspersonen in beginsel BTW in dat andere land. Deze BTW brengt de buitenlandse leverancier aan hen in rekening. Overschrijden de jaarlijkse aankopen in andere EU-landen de grens van EUR 10.000, dan geldt vanaf dat moment de regeling van intracommunautaire verwervingen, niet alleen voor alle verdere aankopen in dat jaar, maar tevens voor alle aankopen in het volgende jaar. De rechtspersoon wordt vanaf die zending, en tot en met het volgende jaar, behandeld alsof hij een normale ondernemer is. Dit betekent dat de rechtspersoon een BTW-identificatienummer moet aanvragen (en BTW-aangiften moet gaan indienen!). De rechtspersoon moet het toegekende BTW-identificatienummer doorgeven aan zijn buitenlandse leverancier. Als alles goed gaat, zal de leverancier nu een nultarief in rekening brengen. De rechtspersoon moet evenwel de wegens de intracommunautaire verwerving verschuldigde BTW via zijn Nederlandse BTW-aangifte betalen (er bestaat geen recht op vooraftrek).