Wat zijn voor- en nadelen van een turboliquidatie?
Een turboliquidatie kan snel worden afgewikkeld zonder dat een vereffenaar (curator) moet worden benoemd. In principe vindt de feitelijke afwikkeling van baten en schulden plaats, voordat het besluit tot ontbinding wordt genomen. De afwikkeling van de vennootschap bespaart daardoor tijd en geld. In tegenstelling tot een (traditionele) ontbindingsprocedure via vereffening van het vermogen van de vennootschap is het bij een turboliquidatie niet vereist dat het plan van verdeling van het vermogen van de vennootschap en de rekening en verantwoording door de vereffenaar wordt gedeponeerd en gepubliceerd in een landelijk dagblad. De periode van twee maanden na de publicatie in het landelijke dagblad, voordat de verklaring van non-verzet kan worden opgevraagd, hoeft niet afgewacht te worden. Door het ontbreken van de publicatieplicht zijn de schuldeisers onbeschermd, omdat zij niet weten dat het bedrijf niet meer bestaat. Kwaadwillenden kunnen de bv leeghalen en een katvanger benoemen, een handlanger die als directeur van de bv optreedt.
Mocht na het ontbindingsbesluit blijken dat de vennootschap wel baten had, kan dit tot gevolg hebben dat de vennootschap (formeel juridisch) nooit is ontbonden, maar altijd heeft blijven bestaan en dreigt het risico dat de vennootschap, onder andere, geacht wordt in een toestand te verkeren dat zij is opgehouden met betalen. Dat kan ernstige gevolgen hebben voor de aansprakelijkheid van de bestuurders. Indien de bestuurders erop hebben vertrouwd dat de vennootschap is ontbonden en daarmee is opgehouden te bestaan, zullen de bestuurders niet (meer) aan de op hun rustende doorlopende verplichtingen kunnen voldoen. Indien de bestuurder(s) van een vennootschap niet aan hun bestuursverplichtingen voldoen, worden zij geacht hun taak niet naar behoren te hebben vervuld en kunnen zij aansprakelijk zijn. In een eventuele faillissementssituatie, die na ontbinding kan volgen, kan een bestuurder die niet aan zijn administratieplicht (ex artikel 2:10 BW) en zijn verplichting tot publicatie van de jaarrekening (ex artikel 2:394 BW) heeft voldaan door de curator aansprakelijk worden gehouden voor het tekort in de boedel van de vennootschap (ex artikel 2:248 BW). Het tekort in de boedel omvat alle schulden van de failliete vennootschap.
In het kader van de voorwaarde dat een vennootschap geen baten meer mag hebben, indien deze vennootschap door een turboliquidatie wordt ontbonden, moet ook een eventueel positief aandelenkapitaal in acht worden genomen. Het vermogen van de vennootschap door bijvoorbeeld een negatieve winstreserve of schulden moet daadwerkelijk nihil zijn (een vordering op een aandeelhouder of een eventuele belastingteruggave wordt gezien als een bate).
Mocht na het ontbindingsbesluit blijken dat de vennootschap wel baten had, kan dit tot gevolg hebben dat de vennootschap (formeel juridisch) nooit is ontbonden, maar altijd heeft blijven bestaan en dreigt het risico dat de vennootschap, onder andere, geacht wordt in een toestand te verkeren dat zij is opgehouden met betalen. Dat kan ernstige gevolgen hebben voor de aansprakelijkheid van de bestuurders. Indien de bestuurders erop hebben vertrouwd dat de vennootschap is ontbonden en daarmee is opgehouden te bestaan, zullen de bestuurders niet (meer) aan de op hun rustende doorlopende verplichtingen kunnen voldoen. Indien de bestuurder(s) van een vennootschap niet aan hun bestuursverplichtingen voldoen, worden zij geacht hun taak niet naar behoren te hebben vervuld en kunnen zij aansprakelijk zijn. In een eventuele faillissementssituatie, die na ontbinding kan volgen, kan een bestuurder die niet aan zijn administratieplicht (ex artikel 2:10 BW) en zijn verplichting tot publicatie van de jaarrekening (ex artikel 2:394 BW) heeft voldaan door de curator aansprakelijk worden gehouden voor het tekort in de boedel van de vennootschap (ex artikel 2:248 BW). Het tekort in de boedel omvat alle schulden van de failliete vennootschap.
In het kader van de voorwaarde dat een vennootschap geen baten meer mag hebben, indien deze vennootschap door een turboliquidatie wordt ontbonden, moet ook een eventueel positief aandelenkapitaal in acht worden genomen. Het vermogen van de vennootschap door bijvoorbeeld een negatieve winstreserve of schulden moet daadwerkelijk nihil zijn (een vordering op een aandeelhouder of een eventuele belastingteruggave wordt gezien als een bate).
Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 236 vragen en antwoorden over Fraude - Forensic Services.