Wanneer heeft een organisatie een structuur nodig?

Wie een éénmanszaak (of ZZP-er) geen ‘organisatie’ wil noemen, begint dus met een organisatie van twee mensen. Die maken al wat afspraken over wie wat doet en ze stemmen informeel en direct met elkaar af. Dat is toch al een begin van een structuur, hoe eenvoudig en informeel die ook nog is.
Wanneer de organisatie tot 20 à 25 mensen is gegroeid zijn de eerste afdelingen meestal al gevormd. En naarmate het aantal medewerkers (en soms het aantal vestigingen of filialen) groeit, neemt de behoefte aan een doordachte en een meer formeel vastgelegde structuur toe. De informele organisatie is een overschat begrip. Enerzijds doen mensen dingen die ze nodig achten ook al staat dat niet in hun formele taakomschrijving, maar voor de organisatie essentiële taken losjes en informeel houden is ook riskant. Op het gebied van innovatie denkt men dat bureaucratisering de creativiteit zou doden, maar bij het inwerken van een opvolger voor de informele creatieve motor van de organisatie, zou het goed zijn als de eisen die je aan zo iemand stelt via de taakomschrijving in de profielschets komen te staan.