Heeft een onderhuurder recht op huurbescherming?
De onderhuurder van een zelfstandige woning die in die woning zijn hoofdverblijf heeft wordt beschermd in het geval dat de hoofdhuur tussen de verhuurder en huurder eindigt. Na beëindiging van de hoofdhuur zet de verhuurder de onderhuurovereenkomst met de onderhuurder voort. Voor deze vorm van huurbescherming maakt het niet uit of de onderhuurzonder medeweten of instemming van de verhuurder heeft plaatsgevonden. Wel heeft de onderhuurder de verplichting de verhuurder te informeren over het bestaan van de onderhuurovereenkomst en moet hij melden dat hij aanspraak maakt op huurbescherming. Doet hij dat niet, dan verliest hij daarmee niet zijn huurbescherming, maar moet hij de schade vergoeden die de verhuurder eventueel heeft geleden omdat hij niet tijdig op de hoogte was. Als de hoofdverhuurder binnen zes maanden niets onderneemt, loopt de huurovereenkomst met de voormalig onderhuurder door, zonder dat de hoofdverhuurder deze, buiten de reguliere beëindigingsmogelijkheden, nog kan beëindigen. Bij de beoordeling van de ontbindingsvordering van de hoofdverhuurder kan wel een rol spelen of onderhuur was toegestaan en of de hoofdverhuurder van de onderverhuur op de hoogte was.
Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 114 vragen en antwoorden over Vastgoed Huur & Verhuur.