Wat houdt het loonkostenvoordeel (LKV) in?
De Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl) vervangt de premiekortingen en premievrijstellingen door lage-inkomensvoordelen (LIV per 2017) en loonkostenvoordelen (LKV per 2018).
De LKV’s gelden voor oudere werknemers, (herplaatste) arbeidsgehandicapte werknemers en werknemers die onder de banenafspraak vallen. De LKV arbeidsgehandicapte werknemers geldt in tegenstelling niet (meer) voor werknemers met WAO(-verleden). Voor de LKV oudere werknemers kan een medewerker met een WAO(-verleden) wel in aanmerking komen. De tegemoetkoming kan oplopen tot € 6.000 per jaar (voor de doelgroep banenafspraak: € 2.000) en wordt berekend op basis van het aantal verloonde uren.
Om de LKV’s te kunnen toepassen is een doelgroepverklaring nodig. Deze moet binnen drie maanden na aanvang van de dienstbetrekking worden aangevraagd. De werkgever moet daarvoor navraag doen bij zijn werknemer en actie ondernemen richting UWV dan wel gemeente. De aanvraag voor LKV dient via de loonaangifte te worden gedaan. Bij een onterechte aanvraag of indien er onjuiste gegevens zijn opgenomen in de loonaangifte die voor deze regeling van belang zijn, kan de Belastingdienst een boete opleggen van maximaal € 1.319 per verzoek per jaar. Voor werknemers waar premiekorting ouderen of arbeidsgehandicapten voor wordt toegepast, geldt dat deze worden omgezet in een LKV voor de resterende periode. De toepassing van premiekorting moet blijken uit de loonaangifte van het laatste tijdvak van het kalenderjaar.
Indien het recht op LKV afloopt, maar de medewerker nog aan de eisen voor LIV voldoet, kan aansluitend gebruik worden gemaakt van LIV.
De LKV’s gelden voor oudere werknemers, (herplaatste) arbeidsgehandicapte werknemers en werknemers die onder de banenafspraak vallen. De LKV arbeidsgehandicapte werknemers geldt in tegenstelling niet (meer) voor werknemers met WAO(-verleden). Voor de LKV oudere werknemers kan een medewerker met een WAO(-verleden) wel in aanmerking komen. De tegemoetkoming kan oplopen tot € 6.000 per jaar (voor de doelgroep banenafspraak: € 2.000) en wordt berekend op basis van het aantal verloonde uren.
Om de LKV’s te kunnen toepassen is een doelgroepverklaring nodig. Deze moet binnen drie maanden na aanvang van de dienstbetrekking worden aangevraagd. De werkgever moet daarvoor navraag doen bij zijn werknemer en actie ondernemen richting UWV dan wel gemeente. De aanvraag voor LKV dient via de loonaangifte te worden gedaan. Bij een onterechte aanvraag of indien er onjuiste gegevens zijn opgenomen in de loonaangifte die voor deze regeling van belang zijn, kan de Belastingdienst een boete opleggen van maximaal € 1.319 per verzoek per jaar. Voor werknemers waar premiekorting ouderen of arbeidsgehandicapten voor wordt toegepast, geldt dat deze worden omgezet in een LKV voor de resterende periode. De toepassing van premiekorting moet blijken uit de loonaangifte van het laatste tijdvak van het kalenderjaar.
Indien het recht op LKV afloopt, maar de medewerker nog aan de eisen voor LIV voldoet, kan aansluitend gebruik worden gemaakt van LIV.
Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 255 vragen en antwoorden over Loonheffingen.