Geldt er een grens voor lijfrente-opbouw?

Voor deze vorm van pensioen is allereerst de premiegrondslag van belang. Die bestaat uit de winst uit onderneming uit het voorgaande boekjaar, het belastbare loon, het belastbare resultaat uit overige werkzaamheden en de belastbare periodieke uitkeringen en verstrekkingen. Maar deze grondslag is voor 2022 maximaal € 114.866. Daar gaat altijd nog de zogeheten AOW-franchise vanaf. Die staat op € 14.802 (20220)  en € 16.749 voor de eindloonregeling.
Een belastingplichtige die in enkele jaren te weinig premie voor een lijfrente heeft afgetrokken kan dat inhalen via de zogeheten inhaalruimte. Dit is maximaal 17% van de pensioengrondslag, maar nooit meer dan € 7.587 (2022). Voor ondernemers die tien jaar onder de AOW-leeftijd zijn is het maximum € 14.978. 

Als u een een hoger inkomen van € 114.866 of meer heeft, dan is er een keuze mogelijk in twee (nieuwe) regelingen: het netto pensioen of de netto lijfrente. Hiermee spaart u netto. Er is hiermee geen belastingaftrek bij de opbouwperiode, maar er wordt ook geen belasting ingehouden over de uitkering op de pensioendatum. Tijdens de looptijd valt het lijfrente vermogen of het opgebouwde pensioen buiten de vermogensrendementsheffing.