Op welke specifieke punten van het functioneren van het bestuur van de vennootschap dient het toezicht betrekking te hebben?
De RvC moet er – zoals ook genoemd in de rubriek ‘De functie van Corporate Governance’ - op toezien dat:
- Het bestuur de doelstellingen van de onderneming noch te laag zet uit oogpunt van risicomijding, noch te hoog uit overmoed;
- Het bestuur beschikbare middelen optimaal inzet over het geheel van activiteiten;
- De onderneming zo efficiënt mogelijk werkt;
- Het bestuur zich gedraagt als een goed rentmeester, dat wil zeggen toevertrouwde materiële en immateriële middelen zo productief mogelijk maakt, zonder roofbouw te plegen op die toevertrouwde middelen en die middelen ook beschermt tegen misbruik en diefstal;
- Het bestuur de met de vennootschap verbonden ondernemingen steeds tijdig aanpast op veranderingen in de markt en in de samenleving;
- Het bestuur en anderen die namens de vennootschap handelen, zich steeds houden aan de wet, wat maatschappelijk betamelijk is en aan de bepalingen van de statuten van de vennootschap;
- Het bestuur de daartoe in de statuten en in de wet omschreven besluiten tijdig en juist ter goedkeuring voorlegt aan de daartoe aangewezen organen;
- De leden van het bestuur zijn persoonlijke belangen steeds onderschikt houdt aan de belangen van de vennootschap;
- Het bestuur en anderen zich niet onwettig of in onredelijke mate een deel van de opbrengsten van de onderneming toeeigent die de aandeelhouders en werknemers toekomt;
- Dat het bestuur op een juiste wijze, betrouwbaar en volledig verantwoording aflegt aan diegenen die daartoe een legitiem recht hebben.
Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 190 vragen en antwoorden over Corporate Governance.