Mag een werknemer vakantiedagen opsparen?

Een werknemer mag de wettelijke vakantiedagen, opgebouwd tot 1 januari 2012, opsparen tot vijf jaar na het einde van het kalenderjaar waarin hij of zij de vakantiedagen heeft opgebouwd. Vakantiedagen opgebouwd in januari 2011 verjaren dus pas op 31 december 2016.
Om te bevorderen dat alle (gezonde en re-integrerende) werknemers in het belang van hun veiligheid en gezondheid daadwerkelijk met regelmaat en tijdig recupereren door vakantie op te nemen, geldt met ingang van 2012 een vervaltermijn van 6 maanden voor de minimum vakantiedagen. Daarmee kan worden voorkomen dat het opnemen van vakantie voor meerdere jaren wordt uitgesteld met mogelijke gevolgen van uitval wegens overbelasting.
Concreet betekent een vervaltermijn van 6 maanden dat alle werknemers binnen 6 maanden na afloop van het kalenderjaar waarin de minimumaanspraak is verworven, hun (resterende) minimum vakantieaanspraken moeten effectueren. Bij CAO mag, in positieve zin voor de werknemer, worden afgeweken van de termijn van 6 maanden.
Extra (bovenwettelijke) vakantiedagen vallen buiten de nieuwe regeling. De termijn geldt niet voor werknemers die redelijkerwijs niet in staat zijn geweest vakantie op te nemen.