Wat bepaalt de keuze voor het personenstelsel of het lijststelsel?
De keuze voor het kiesstelsel, heeft gevolgen voor het aantal stemmen dat kiesgerechtigden mogen uitbrengen, de zetelverdeling in de OR en de berekening van de uitslag van de OR-verkiezingen. Het personenstelsel is gebruikelijk bij een kleinere organisatie, waar de werknemers elkaar persoonlijk kennen. Bij het personenstelsel brengt de kiezer meestal voor elke zetel één stem uit. Als er echter veel zetels te verdelen zijn, kan het verstandig zijn om het aantal uit te brengen stemmen te beperken. Dit houdt de verkiezing overzichtelijk. Het aantal uit te brengen stemmen moet dan wel voor alle kiezers gelijk zijn. De verdeling van de zetels verloopt eenvoudig: de kandidaten op wie de meeste stemmen zijn uitgebracht, komen in de OR.
Het lijstenstelsel is gebruikelijk bij grotere organisaties, waarbij de werknemers elkaar meestal niet persoonlijk kennen. Dit stelsel werkt net als bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer of gemeenteraad. Verschillende partijen, bijvoorbeeld groepen werknemers of de vakbond, kunnen kandidatenlijsten samenstellen. Elke lijst heeft zijn eigen programma. Kiezers maken hun keuze voornamelijk op basis van de programmapunten van de lijst. De kiezer brengt slechts één stem uit, op een kandidaat op de lijst van zijn keuze.
Bij het lijstenstelsel wordt het aantal zetels per lijst berekend aan de hand van de kiesdeler: het aantal uitgebrachte stemmen gedeeld door het aantal beschikbare zetels. Krijgt de lijst voldoende stemmen voor één of meer zetels, dan gaan die naar de kandidaten die het hoogst op de lijst staan. Een lager geplaatste kandidaat kan alleen in de OR komen als hij voldoende voorkeursstemmen krijgt. De meeste zetels kunnen op deze manier worden verdeeld. Vaak blijven er één of meer zetels over waarvoor geen enkele lijst voldoende stemmen heeft behaald. Deze restzetels gaan naar de lijst(en) met de meeste overschotstemmen.
Het lijstenstelsel is gebruikelijk bij grotere organisaties, waarbij de werknemers elkaar meestal niet persoonlijk kennen. Dit stelsel werkt net als bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer of gemeenteraad. Verschillende partijen, bijvoorbeeld groepen werknemers of de vakbond, kunnen kandidatenlijsten samenstellen. Elke lijst heeft zijn eigen programma. Kiezers maken hun keuze voornamelijk op basis van de programmapunten van de lijst. De kiezer brengt slechts één stem uit, op een kandidaat op de lijst van zijn keuze.
Bij het lijstenstelsel wordt het aantal zetels per lijst berekend aan de hand van de kiesdeler: het aantal uitgebrachte stemmen gedeeld door het aantal beschikbare zetels. Krijgt de lijst voldoende stemmen voor één of meer zetels, dan gaan die naar de kandidaten die het hoogst op de lijst staan. Een lager geplaatste kandidaat kan alleen in de OR komen als hij voldoende voorkeursstemmen krijgt. De meeste zetels kunnen op deze manier worden verdeeld. Vaak blijven er één of meer zetels over waarvoor geen enkele lijst voldoende stemmen heeft behaald. Deze restzetels gaan naar de lijst(en) met de meeste overschotstemmen.
Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 351 vragen en antwoorden over Ondernemingsraad.