Wat zijn criteria voor de afweging om al dan niet thuis te werken?

Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft, in samenwerking met werkgevers- en werknemersorganisaties, criteria opgesteld die helpen bij het maken van de afweging of een werknemer geheel of gedeeltelijk thuis of op locatie kan werken. Dat zijn:

1. De werkzaamheden behoeven (deels) fysieke aanwezigheid van de werknemer. Die is strikt noodzakelijk voor de voortgang van een noodzakelijk bedrijfsproces of om dringende sociale redenen;
2. Werkzaamheden die (deels) locatie gebonden software of hardware vereisen;
3. De werkzaamheden behoeven (deels) het gebruik van vertrouwelijke informatie die enkel op locatie in te zien is;
4. De werknemer ervaart dusdanige mentale klachten dat het (deels) uitvoeren van de werkzaamheden op locatie noodzakelijk is voor de mentale gezondheid van de werknemer;
5. De fysieke thuiswerksituatie van de werknemer is niet toereikend en kan ook niet toereikend gemaakt worden, waardoor het (deels) uitvoeren van de werkzaamheden op locatie noodzakelijk is voor de gezondheid en het welbevinden van de werknemer.

Beroepen waar criteria 1 en 2 onder vallen zijn bijvoorbeeld bouw, schoonmaak, receptie, logistiek en transport. Het beleid voor thuiswerken zou door de werkgever en medezeggenschap opgesteld moeten worden.