Welke voorzieningen zijn er voor de start van een bedrijf vanuit een WIA-uitkering?

Voor de start en tijdens het werken als zelfstandige kan er gebruik worden gemaakt van verschillende voorzieningen, zoals vervoersvoorzieningen, vergoeding voor aanpassingen op en rond de werkplek, hulpmiddelen en meeneembare voorzieningen (bijvoorbeeld aangepast gereedschap). UWV vergoedt meestal de goedkoopste voorziening die geschikt is voor de persoon in kwestie. De meeste voorzieningen vallen na 3 jaar onder de algemene inkomensgrens voor startende zelfstandigen (voor 2021: € 91.195,15). Dat betekent dat na 3 jaar zelfstandig werken jaarlijks wordt bepaald of er nog aanspraak kan worden gemaakt op de voorzieningen. Deze inkomenstoets geldt dus pas vanaf het vierde jaar na de start als zelfstandige.
De inkomensgrens geldt echter niet voor het starterskrediet, het voorbereidingskrediet en de vergoeding voor begeleiding voor en na de start als zelfstandige. Voor vervoersvoorzieningen geldt een andere inkomensgrens: een vergoeding voor vervoer is alleen mogelijk als het gezinsinkomen lager is dan de inkomensgrens. De hoogte van de inkomensgrens hangt af van de specifieke situatie. De algemene inkomensgrens en de specifieke grens voor vervoersvoorzieningen worden elk jaar opnieuw vastgesteld (Normbedragen voorzieningen).
Verder geldt voor iedere voorziening een drempelbedrag van € 145,25 (inclusief btw - 2021). Voorzieningen die minder kosten dan het drempelbedrag vergoedt UWV niet. Ook dit bedrag wordt elk jaar opnieuw vastgesteld.
UWV beslist normaal gesproken binnen 8 weken of er recht bestaat op de voorziening, tenzij er meer onderzoek nodig is.