Wat zijn de gevolgen van het faillissement van de werkgever voor het personeel?

Bij een faillissement heeft de curator onder meer de mogelijkheid om arbeidscontracten te beëindigen. Van deze mogelijkheid zal hij gebruikmaken als er op langere termijn geen werk is voor het personeel. Als hij personeel wil ontslaan, heeft hij geen toestemming nodig van het UWV. Ook is hij niet gebonden aan de opzegverboden, zoals het verbod op ontslag in de eerste twee jaar dat een werknemer ziek is. Tot een eventueel ontslag moet de werknemer wel blijven werken. De curator kan intussen kijken of een doorstart mogelijk is. Om de kosten van de failliete boedel zo laag mogelijk te houden, zal de curator veelal direct al het personeel ontslaan. Daarbij moet de curator een opzegtermijn van maximaal zes weken – korter kan ook – inachtnemen.
Werknemers kunnen in bepaalde gevallen in aanmerking komen voor een tijdelijk UWV-uitkering wegens betalingsonmacht. Zij kunnen daarmee alsnog hun vaste lasten betalen, totdat zij een eventuele WW-uitkering ontvangen. Om de uitkering wegens betalingsonmacht te ontvangen, moeten werknemers met een formulier een aanvraag indienen. Dit wordt uitgedeeld tijdens een bijeenkomst van het UWV. Vier weken na de aanvraag krijgen zij te horen of zij de tijdelijke uitkering krijgen.
Soms is een doorstart mogelijk waarbij het bedrijf wordt voortgezet en de werknemers 'behouden' blijven. Dit is echter niet verplicht. Een doorstart is overigens niet mogelijk bij een rechtsvorm zonder rechtspersoonlijkheid, zoals een eenmanszaak met personeel.