In welke situaties kan een civielrechtelijk bestuursverbod worden opgelegd?

Een civielrechtelijk bestuursverbod is een uitzonderlijke sanctie voor uitzonderlijke situaties, na een faillissement zal niet automatisch een bestuursverbod worden opgelegd. Een bestuursverbod kan worden ingesteld, als de bestuurder in een periode van drie jaar voorafgaand aan een faillissement het volgende kan worden verweten:

1. Het onbehoorlijk vervullen van zijn taak als bestuurder waarbij aannemelijk is dat dit een belangrijke oorzaak is van het faillissement;
2. Het doelbewust benadelen van crediteuren;
3. Minstens tweemaal betrokken zijn bij een faillissement waarvan u de bestuurder een persoonlijk verwijt treft;
4. Het wegens een vergrijp opgelegd krijgen van een boete op grond van enkele specifieke artikelen uit de Algemene Wet Rijksbelastingen;
5. Het (na faillissement) tekortschieten in de informatie- en medewerkingsplicht naar de curator toe.