Hoe kan worden bepaald of er sprake is van een 'werk' of van een 'dienst'?

Bij een aanbesteding is het van belang te bepalen of sprake is van een werk of een dienst. Een werk hoeft immers pas bij een veel hogere waarde (2022: € 5.382.000) dan een dienst (€ 140.000 - rijksoverheid en € 215.000 - decentrale overheden) Europees te worden aanbesteed. Het onderscheid tussen een werk en een dienst is echter niet altijd makkelijk te maken. Het uitgangspunt is dat alle activiteiten die als werk kunnen worden beschouwd limitatief (met CPV-code) staan opgesomd in bijlage II Richtlijn 2014/24/EU. Alle activiteiten die daar niet genoemd zijn worden beschouwd als diensten. (NB: deze richtlijn is voor overheidsopdrachten, voor de nutssector en defensie-en veiligheidsopdrachten betreft het bijlage I Richtlijn/2014/25/EU). Om te bepalen of uw opdracht een werk of een dienst is kan het volgende stappenplan gevolgd worden:

1. Bepaal eerst welke CPV-code bij de opdracht hoort. Let er hierbij op dat u voldoende specifiek bent. Kijk onder de betreffende code of er nog een categorie of nadere specificering van toepassing is. Handig hiervoor is de tool op Tenderned  omdat u daar (door op ‘Toon in boomstructuur’) direct kunt zien onder welke afdeling, groep, klasse en categorie de specifieke code valt. Een andere zoekmachine is die van Europa Decentraal.
2. Nadat is vastgesteld om welke CPV-code het gaat, moet bepaald worden of die CPV-code in bijlage II Richtlijn 2014/24/EU staat. De rechter kolom van die bijlage geeft aan welke CPV-code(s) de genoemde opdrachten omvat. Indien twee cijfers gevolgd worden door zes nullen, valt de gehele afdeling eronder inclusief onderliggende groepen, klassen en categorieën, worden drie cijfers gevolgd door vijf nullen dan valt de gehele groep eronder inclusief klassen en categorieën, etc. Hierbij kunt u weer de tool op Tenderned gebruiken om nader te bezien welke afdelingen, klassen en categorieën er bij de betreffende CPV-code(s) horen. Let op: uitzonderingen worden aangegeven met ‘met uitzondering van:’ en dan een gedachtestreepje voor iedere code die is uitgezonderd.
3. Staat de activiteit niet in bijlage II Richtlijn 2014/24/EU dan wordt het aangemerkt als een dienst (of levering) en geldt de (lagere) drempelwaarde voor diensten (en leveringen).