Wanneer stopt de WW-uitkering?
In de volgende gevallen stopt uw WW-uitkering:
- U gaat weer aan het werk. Hebt u een baan gevonden voor minder uren dan waarvoor u een uitkering ontving, dan blijft u een uitkering ontvangen voor het verschil in uren. Als het verschil minder bedraagt dan vijf uren (of minder dan de helft als u voorheen minder dan tien uur werkte), bent u niet langer werkloos. Uw uitkering wordt dan gestopt.
- U voldoet niet meer aan alle voorwaarden om voor een WW-uitkering in aanmerking te komen. Bijvoorbeeld omdat u een uitkering ontvangt wegens volledige arbeidsongeschiktheid, of in het buitenland verblijft.
- De maximale uitkeringsduur is verstreken. Bent u op het moment dat de maximale uitkeringsduur voor u is verstreken nog werkloos, dan kunt u misschien nog wel een uitkering aanvragen op grond van de Participatiewet (voorheen: Wet werk en bijstand (WWB)) of de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW). Beide uitkeringen worden echter wél getoetst aan het inkomen van uw eventuele partner. Bij de IOAW heeft uw eigen vermogen geen invloed op de hoogte van uw uitkering. De WWB-uitkering wordt getoetst aan het inkomen van andere gezinsleden én aan uw vermogen.
- U bereikt de AOW leeftijd.
Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 236 vragen en antwoorden over Werkloosheidswet.