Waaraan moeten persoonlijke beschermingsmiddelen voldoen?

In algemene zin beschermen persoonlijke beschermingsmiddelen onder meer tegen lawaai, trillingen, besmettingen, elektriciteit en straling. En ook tegen mechanische, thermische, chemische en microbiologische invloeden. PBM zijn dan ook in de eerste plaats professionele beschermingsmiddelen voor gebruik op het werk. Per 21 april 2018 zijn het Warenwetbesluit persoonlijke beschermingsmiddelen en de richtlijn 89/686/EEG vervallen. Vanaf die datum moeten PBM voldoen aan de Verordening (EU) 2016/425 persoonlijke beschermingsmiddelen.
De PBM moeten daarnaast zijn voorzien van een CE-markering (dit staat voor Conformité Européenne). Met deze CE-markering toont de fabrikant of importeur van het beschermingsmiddel aan dat dit voldoet aan de gestelde minimumeisen. De volledige supply chain – fabrikanten, importeurs en distributeurs - is daar verantwoordelijk voor.
Wellicht het meest zichtbaar voor de eindgebruiker zijn de aanpassingen in de lijst van uitgesloten producten en in de categorisatie van risico’s. Sommige in de oude wetgeving uitgesloten producten worden in de Verordening (EU) 2016/425 wel degelijk als PBM beschouwd. Denk aan afwashandschoenen, fietshelmen en ovenhandschoenen voor privégebruik. Ook zijn sommige producten van categorie veranderd. De (technische) eisen waaraan producten moeten voldoen, zijn niet gewijzigd ten opzichte van het 'oude' Warenbesluit.