Wat zijn samenstellingen?

Een samenstelling bestaat uit twee of meer woorden: 'huisdeur' of 'schoonmaakmiddel', 'zorgverzekeraar'. Deze worden altijd als één woord geschreven. Dit is ook hu belangrijkste kenmerk. Schrijf ze eventueel met één of meer streepjes ('glas-in-lood'), dat mag altijd, maar steeds zonder spaties. Verder hebben ze bijna altijd de klemtoon op het eerste woord.
Dit geldt ook voor werkwoorden in een samenstelling: 'lesgeven', 'ademhalen', 'fijnsnijden' (de voltooid deelwoorden worden ook aan elkaar geschreven: 'lesgegeven', 'ademgehaald', 'fijngesneden'). En ook voor samenstellingen van voorzetsels: 'hierover', 'erlangs', 'waartegen', 'ervan'. Afleidingen van vaste uitdrukkingen worden ook aan elkaar geschreven: 'doordeweeks' (afgeleid van door de week).