Hoe dient u de opbrengst op verkochte aandelen te worden aangegeven bij de Belastingdienst?
De Rechtbank Den Haag heeft op 27 februari 2014 besloten dat de Belastingdienst de verkoopopbrengst van verkochte aandelen terecht bij belastingplichtige tot het Box-1 inkomen heeft gerekend indien sprake is van een lucratief belang. Het gevolg daarvan is dat inkomstenbelasting over de verkoopwinst verschuldigd is, dat kan oplopen tot 52%.
Bij MBO’s, MBI’s en werknemersparticipaties dient de aandelenstructuur zodanig opgezet te worden dat de heffing van inkomstenbelasting bij de toekomstige exit zoveel mogelijk wordt beperkt (of minimaal doorgeschoven). Voorkomen dient daarbij te worden dat de aandelen in handen van de managers, werknemers of in handen van een van de topholdings fiscaal als zogenaamde lucratief-belangaandelen kunnen worden aangemerkt. Als dat het geval is wordt de toekomstige winst bij exit (alsmede de tussentijdse dividenden) namelijk zonder nadere structurering belast in Box 1 van de inkomstenbelasting tegen het toptarief van 52%. Dit zonder dat elders een vergelijkbaar bedrag tot een aftrekpost leidt (wat bij loon en bonussen wel het geval zou zijn geweest).
Bij MBO’s, MBI’s en werknemersparticipaties dient de aandelenstructuur zodanig opgezet te worden dat de heffing van inkomstenbelasting bij de toekomstige exit zoveel mogelijk wordt beperkt (of minimaal doorgeschoven). Voorkomen dient daarbij te worden dat de aandelen in handen van de managers, werknemers of in handen van een van de topholdings fiscaal als zogenaamde lucratief-belangaandelen kunnen worden aangemerkt. Als dat het geval is wordt de toekomstige winst bij exit (alsmede de tussentijdse dividenden) namelijk zonder nadere structurering belast in Box 1 van de inkomstenbelasting tegen het toptarief van 52%. Dit zonder dat elders een vergelijkbaar bedrag tot een aftrekpost leidt (wat bij loon en bonussen wel het geval zou zijn geweest).
Pro-abonnees downloaden gratis het Ebook met 57 vragen en antwoorden over Management Buy Out.