De Algemene Reken Kamer komt met het volgende, toch trieste, bericht: "Weliswaar zijn negen van de tien Nederlanders tevreden over de zorg, maar in de internationale vergelijking is de Nederlandse zorg niet meer dan gemiddeld. Relatief veel mensen sterven in Nederland binnen dertig dagen na een ziekenhuisopname, de zuigelingensterfte is relatief hoog, de overlevingskans van kankerpatiënten is relatief laag. Voldoende personeel blijft een probleem en medewerkers in de langdurige zorg voor ouderen en gehandicapten vinden zelf dat de kwaliteit van de zorg tekortschiet."
Het is dat er 'Nederland' bij staat ander zou je denken dat we in een achtergesteld land terecht waren gekomen. Een land waar je zou zeggen, als je daar op bezoek was & plotseling ziek werd: 'Laten we maar snel naar huis gaan, het is niet raadzaam dat je hier wordt opgenomen.' De oorzaak van dit disfunctioneren kan niet liggen bij het feit dat we samen te weinig uitgeven aan de Zorg. Dit is namelijk nog altijd een bedrag van bijna € 80.000.000.000. De oorzaak ligt dan waarschijnlijk bij de geboden Kwaliteit & dat ondanks dat er een Kwaliteitswet Zorginstellingen is.Vandaar ook dat de ARK zich hierover heeft gebogen.
Het Zorg inhoudelijke aspect van dit rapport ga ik hier niet bespreken, dat mogen mijn collega-bloggers van Zorg Beter Maken doen. Wat mij intrigeert is het feit dat de verantwoordelijke bewindslieden de voorstellen van het ARK niet allemaal overnemen & dan m.n. niet het voorstel voor 'het laten uitvoeren van een wetenschappelijk onderzoek naar de relatie tussen certificering van kwaliteitssystemen en de kwaliteit van de zorg'. Ik was benieuwd geweest naar die uitslag.
Kort nadat de Britse National Health Service een Top 100 van Beste Werkgevers in de Zorg publiceert, komt onze Rekenkamer met aanmerkelijk minder prettig bericht uit onze Zorg Sector: "Zorgsectoren zijn onvoldoende in staat gebleken om op eigen kracht normen te ontwikkelen voor de kwaliteit van zorg. Volgens de wet zijn de zorgaanbieders zelf verantwoordelijk om te bepalen wat goede en verantwoorde zorg is en hoe deze systematisch bewaakt en verbeterd kan worden. Na dertien jaar voldoen de zorgsectoren niet aan deze wettelijke eis. Gezien deze situatie kan de Inspectie Gezondheidszorg (IGZ) niet volstaan met beperkt toezicht. De nadruk die de minister van Volksgezondheid in de afgelopen zeven jaar legt op meer transparantie kan de noodzaak van voldoende kwaliteitswaarborgen niet vervangen. Het valt te betwijfelen of elke burger over twee jaar via de website www.kiesbeter.nl een betrouwbaar inzicht krijgt in het aanbod en de kwaliteit van de hele zorg."
Nu kent onze Zorg een 'scala aan kwaliteitssystemen', een aantal daarvan is gekoppeld aan de vergoeding die de Zorgverleners bieden. Een wetenschappelijk onderzoek had hier wellicht ook licht kunnen brengen in het woud van aanbod. 'Had', want zo'n onderzoek is dan wel een (dringend) advies van de ARK, de bewindslieden gaan er niet op in.
Uit het rapport:
"De bewindspersonen nemen onze aanbevelingen op het punt van kwaliteitssystemen en certificering daarvan niet over. Waar wij in ons onderzoek spreken over kwaliteitssystemen, gaat het ons overigens niet om het voorschrijven van het «hoe» maar om het vaststellen dat processen op orde zijn, zonder naar het «hoe» te hoeven kijken. In de Kwaliteitswet is dit opgenomen als een voorwaarde om tot systeemtoezicht te komen en om prestaties en resultaten te kunnen beoordelen. Wij wijzen er op dat het nog geruime tijd zal duren voordat de vereiste informatie over de prestaties en de uitkomsten van de zorg gevalideerd en voldoende betrouwbaar beschikbaar zal zijn. Zoals ook de bewindspersonen aangeven, zijn goede kwaliteitssystemen van belang voor de betrouwbaarheid en de validiteit van de kwaliteitsindicatoren. Ook vanuit dit oogpunt delen wij het standpunt van de bewindspersonen over kwaliteitssystemen niet.
De bewindspersonen nemen onze aanbeveling om wetenschappelijk onderzoek te laten doen naar de relatie tussen certificering van kwaliteitssystemen en de kwaliteit van de zorg niet over. Dit onderzoek is volgens ons van belang om inzicht te krijgen in nut en noodzaak van certificeren. Op basis van dit onderzoek zouden de bewindspersonen een onderbouwd standpunt kunnen bepalen over het al dan niet verplicht stellen van certificeren. Volgens ons is certificering ook in het belang van de bewindspersonen, omdat het een waarborg kan zijn voor goede kwaliteitssystemen en daarmee voor betrouwbare en valide kwaliteitsinformatie. Een dergelijke aanpak zou de IGZ ontlasten bij haar toezichtstaken en past in het beoogde systeemtoezicht.
De bewindspersonen zijn van mening dat relatieve normen een voldoende objectieve basis voor toezicht vormen. Uit hun reactie is niet goed af te leiden of zij ook op andere kwaliteitsaspecten dan veiligheid op termijn streven naar absolute normen. Hoewel wij het belang van relatieve normen niet willen ontkennen, zijn wij van mening dat uiteindelijk absolute normen onmisbaar zijn om objectief te kunnen bepalen wanneer wel of niet sprake is van verantwoorde zorg." Hier klinkt onverholen kritiek.
Als de Inspectie van de Gezondheidszorg beschikt over onvoldoende inspecteurs, zoals het rapport concludeert, dan kan een extern kwaliteitssysteem hierin ondersteunend zijn. Maar niet alleen voor de inspecteurs, ook voor de zorgvragers! Zo'n kwaliteitssysteem biedt dan 'onderscheidend vermogen' en het antwoord op de vraag: 'Wie biedt mij de Beste Zorg?'. Maar: met dat onderscheidend vermogen kan dan het 'Wat doe we met degenen die niet voldoen aan de voorwaarden van het kwaliteitssysteem?' een lastige vraag zijn.
Zou dat misschien de reden zijn dat onze bewindslieden, anders dan hun Britse collegae, hierin geen keuze durven te maken?
CyberSale, 50% korting op een Pro-abonnement
Verbeter je persoonlijke effectiviteit en managementvaardigheden. Begin het jaar goed en krijg toegang tot toepassingsgerichte kennis.
Upgrade uw gratis lidmaatschap, word een Pro
‘Zorgen over de Zorg, maar geen invoering van een kwaliteitssysteem’ is wat mij betreft een heldere blogbijdrage die veel aangrijpingspunten biedt voor een stevige inhoudelijke discussie rond de kwaliteit van de zorg in Nederland. Willem, er schieten mij bij het lezen van jouw blogbijdrage dus verschillende zaken door mijn hoofd. Laat ik er een enkele ‘uit pakken’.
In het door jou aangehaalde rapport wordt gesteld dat de Inspectie van de Gezondheidszorg niet over voldoende inspecteurs beschikt, alsof dat de remedie is. Het accent moet niet gelegd worden op controle van buitenaf. Het onderscheidende vermogen ten aanzien van <strong>‘Wie biedt mij de Beste Zorg?’</strong>, komt bij de zorginstellingen door de kracht van binnenuit.
Niet procedures, checklisten, instructies, controles van inspecteurs en dergelijke dienen de boventoon te voeren, maar de beroepstrots, de vrijheid en verantwoordelijkheid van de professionals in de zorg moet meer ruimte krijgen. Het groeiend zelfbewustzijn en de ambities van de professionals in de zorg dient centraal te staan. Er is behoefte aan organisaties die opkomen voor de vakinhoudelijke kwaliteit, voor de beroepsidealen en de beroepsethiek van hun professionals.
Die professionals dienen van hun kant van hun organisaties (managers & bestuurders & toezichthouders) te eisen dat ze verstand hebben van wat er op de werkvloer gebeurt. De dagelijkse praktijk van die professionals dient door hen nadrukkelijker begrepen te worden. Geen overdaad aan protocollen, formats en Diagnose Behandelcombinaties, want deze gaan naar het gevoel van die professionals ten koste van de kwaliteit van hun werk en, misschien erger nog, demotiveert hen.
Wat dat betreft denk ik dat staatssecretaris Jet Bussemaker het goed begrepen heeft. In de Volkskrant viel te lezen dat er voor haar twee criteria zijn die bepalend moeten gaan worden voor de financiering van de zorginstellingen, te weten de tevredenheid van de medewerkers en de cliënten. Terecht eist zij dat het <a href="http://alefdekker.blogspot.com/2009/04/investor-in-people-beste-ziekenhuis.html" rel="nofollow">hart van de organisatie</a> (de professionals op alle plekken in de organisatie!) de aandacht krijgt waar ze recht op heeft: binden, boeien, groeien en bloeien in het belang van de zorgkwaliteit en daarmee dus in het belang van de gebruiker van de zorg. Daar heeft iedereen recht op!
Over 5 jaar zijn de betrokken medewerkers sterk afgenomen, wordt het werk door 100% procedureel goedgekeurde productiemiddelen uitgevoerd en is betrokkenheid, zorgzaamheid, keuzevrijheid volledig verdwenen.
Kom op, People management in combinatie met een organisatie die als uitgangspunt de menselijke maat neemt en onze clienten echt ziet staan. Maak er nu eens eindelijk weer eens mensenwerk van!!