Integriteit in organisaties vereist morele moed

Sterke organisaties onderscheiden zich door een open organisatiecultuur waar problemen en dilemma’s bespreekbaar zijn zonder dat *werknemers daarop afgerekend worden. Fouten maken mag. Sterker nog, door fouten en blunders openlijk te bespreken leert de organisatie is de gedachte.

Toch is in veel organisaties een gebrek aan integriteit schering en inslag. Bonnetjesaffaires, afspraak is geen afspraak, informatie bewust lekken of achter houden en zaken achter de schermen weer gladstrijken. Want het ergste dat er kan gebeuren is wanneer ‘het’ bekend wordt. Dat de organisatie of de persoon in kwestie averij oploopt en ‘het’ in de media komt.

Maar hoe schadelijk is het voor een organisatie of de betreffende persoon wanneer een gebrek aan integriteit de mores wordt? Wellicht lijkt op korte termijn ‘de zaak’ gered. Maar wat betekent een organisatiecultuur die gebouwd is op leugens voor ons en voor onze omgeving op de langere termijn?

Fouten toegeven, problemen en dilemma’s bespreken vergt veel moed, morele moed.
De moed om te doen wat je moreel juist acht, ondanks de aanwezigheid van gevaar. Morele moed hangt volgens Kidder nauw samen met drie factoren.
1. Moraliteit;
2. Gevaar;
3. Volharding.

Moraliteit
Moraliteit verwijst naar waarden, normen en verantwoordelijkheden, naar de basiswaarden van organisaties en individuele werknemers. Het opbouwen en instant houden van onderling vertrouwen, elkaar respecteren in anders zijn, luisteren en begrijpen van anders denken en dienstbaar zijn aan organisatiedoelen zijn daarin belangrijke voorwaarden. Wanneer er een sfeer van onderling wantrouwen is, persoonlijke belangen/doelen (en ego’s) zegevieren en respectloosheid niet wordt aangepakt dan zal er nooit een integere gezonde organisatie(cultuur) kunnen ontstaan of worden opgebouwd. Morele moed begint bij jou als werknemer.

Gevaar
Morele moed is nodig om de gevaren van moreel handelen te trotseren. Dit gevaar kan vele vormen aannemen: verlies van positie, aanzien en inkomen, verlies van ‘bevriende’ collega’s, publieke en/of collegiale afkeuring, roddelen en bespotten, er niet meer bij horen, eenzaamheid en smaad.

Volharding
Naast moraliteit en gevaar is volharding nog een onmisbare factor voor een goed begrip van moed: je rug recht houden, persoonlijke leiderschap tonen, ondanks het gevaar.

Aan deze drie factoren van Kidder wil ik nog toevoegen; het regelmatig evalueren en durven reflecteren met elkaar als organisatie. Immers als je als organisatie het evalueren overslaat en nooit echt reflecteert op problemen en dilemma’s in de organisatie dan ontstaat er geen open gezonde organisatiecultuur. Pijnlijke en lastige kwesties blijven onder het vloerkleed met alle gevolgen van dien. Regelmatig evalueren en reflecteren op eigen en elkaars handelen geven de vruchtbare voedingsbodem waarop een organisatiecultuur, gebaseerd op vertrouwen en integriteit, kan groeien

*Voor werknemer kan ook bestuurder of manager gelezen worden
*Kidder, R. (2005), Moral courage, New York, HarperCollins.

Annet Murre is coach, trainer en eigenares van de schrijffabriek: http://deschrijffabriek.com

Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen

Probeer het Pro-abonnement een maand gratis

En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.

Word een PRO 

Marjorie
Jong geleerd is oud gedaan! Reflecteren begint bij jezelf en geeft een zekere mate van volwassenheid aan als organisatie en ook als individu. Wanneer we ons dit eigen hebben gemaakt in ons prive leven wordt refecteren een stuk makkelijker wanneer wij een leidinggevende rol vervullen. Velen gaan voorbij aan de meerwaarde hiervan en geraken dus niet uit de visuele circel (van leugens) waarin men als persoon en of organisatie kan belanden.
The key is to always stay true to yourself no matter the circumstances.
Antonie Kerstholt
De klokkenluider Paul van Buitenen heeft in een recent interview met Hans Moll (You Tube) zeer belangrijke zaken als ervaringsdeskundige bloot gelegd over integriteitkwesties en morele moed. Zijn conclusie is voor toekomstige klokkenluiders weinig hoopvol. Begin er niet aan want er is een grote kans dat je vrouw je verlaat dat je gezondheid wordt ondermijnt en dat je wordt ontslagen. En dat alles ondanks een Huis voor de Klokkenluiders en politici die je willen doen geloven dat je als klokkenluider wel wordt beschermd. Morele moed vraagt dan wel heel veel van een mens. Zolang de overheid de toezichthouders niet hard aanpakt op falend en tekortschietend toezicht zullen integriteitskwesties heel moeilijk te bestrijden zijn. Daarnaast zal bij de samenstelling van een raad van toezicht of raad van commissarissen veel meer het accent gelegd moeten worden op stevige, onafhankelijke en sterke persoonlijkheden naast de vakinhoudelijke competenties. Dominante bestuurders bestrijdt je alleen met onafhankelijke nog dominantere toezichthouders. Niet met te softe toezichthouders uit een klein gesloten netwerk van elkaar goed kennende politici en/of bevriende relaties. Dan wordt de focus primair gelegd op de klankbordfunctie en niet op de werkgeversrol en de toezichtfunctie. Welke laatste twee functies vanzelfsprekend veruit de belangrijkste taken van een toezichthouder behoren te zijn.