Wat is dat toch een gedoe elke keer. Het voeren van gesprekken die moeten, belangrijk zijn, maar niet altijd leuk. Je ligt er wakker van. Je worstelt met de vraag hoe je het in moet steken, hoe de ander zal reageren en of je wel je punt kunt maken.
Er zijn vele wegen die naar Rome leiden, maar laten we eens stilstaan bij die ene weg die je maar beter niet kunt bewandelen. Je hebt geleerd dat je ‘het bij jezelf’ moet houden en dat je empathisch moet zijn. Ook is het goed om je gevoel door te laten klinken. Dat maakt je menselijk. Je oefent in bed hoe het gesprek zal verlopen en wat je zal zeggen als de boodschap niet aankomt, of als de reactie niet is zoals je zou willen. Je hebt het al vele malen in je hoofd voorbereidt. En dan is daar het moment zelf. Het begin is het ergste.
De voorbereiding van het gesprek is sterk. Als het goed is leidt dat ertoe dat je ook zin krijgt in het gesprek. Dat is voor mij ook de graadmeter: als je nog geen zin hebt in het gesprek, ben je nog niet klaar met de voorbereiding. Dan mis je bijvoorbeeld nog een positieve intentie of een positief doel.