Afstoten of aantrekken

Outsourcing lijkt een conjunctuurgevoelig onderwerp. Soms staan de bladen er bol van, soms is er sprake van een bijna oorverdovende stilte. Zoals nu. Een paar jaar geleden ontsponnen er zich heftige discussies over de toekomst van outsourcing. En die toekomst was rooskleurig, want eigenlijk kon je alles wel uitbesteden, behalve de kassa. Er doken ook nieuwe termen op die, achteraf gezien, slechts verhulden dat het allemaal om hetzelfde ging: outtasking, offshoring, enzovoort. Andere woorden, zelfde betekenis. 
En natuurlijk BPO dat staat voor business process engineering: het uitbesteden van totale bedrijfsprocessen, van begin tot eind. Met andere woorden: er worden geen vastomlijnde randtaken door derden uitgevoerd, maar de meest gevoelige en kritieke processen worden uitbesteed. Van strategie, via uitvoering, tot ondersteuning. Volgens insiders is BPO ontsproten uit het brein van advieskantoren, als nieuwe heilige graal om hun kwakkelende business uit het slop te halen, en eigenlijk een logisch vervolg op het zo lucratieve BPR. Maar welk kantoor heeft én superieure expertise in huis om problemen te onderkennen en de juiste oplossingen daarvoor aan te dragen, én de kennis om vaak heel specialistische oplossingen efficiënt te implementeren, én de juiste mensen om dat te doen? Inderdaad, een retorische vraag.

 

 

Er is ook kritiek. In hun boek ‘The Value Mindset’ stellen Erik Stern en Mike Hutchinson dat organisaties het idee van outsourcing moeten loslaten. In plaats daarvan moeten ze overgaan tot wat de auteurs ‘strategische herconfiguratie’ noemen. Outsourcing heeft namelijk twee grote bezwaren. In de eerste plaats betekent outsourcen meestal desinvesteren. Vaak heeft een organisatie al het een en ander ingericht rondom een bepaalde activiteit, en met het uitbesteden ervan zal die inrichting moeten verdwijnen. In de tweede plaats is outsourcing een naar binnen gerichte activiteit. Het management komt erachter dat men bepaalde activiteiten niet zelf kan invullen, en vervolgens zoekt men naar ondersteuning, zonder dat de controle uit handen wordt gegeven. Daarmee wordt niet automatisch waarde toegevoegd, maar eerder dat een bepaalde activiteit door anderen wordt uitgevoerd.

 

 

Strategische herconfiguratie is iets heel anders. Met het vizier op toegevoegde waarde gaan bedrijven op zoek naar andere bedrijven die bepaalde activiteiten als hun core business hebben. Hele afdelingen of functies worden dan als het ware uitbesteed aan andere partijen. Bijvoorbeeld de juridische functie die wordt ingevuld door een gerenommeerd advocatenkantoor. In feite richt je je als organisatie op één aspect in de eigen waardeketen, en laat andere gespecialiseerde organisaties de andere benodigde taken uitvoeren.

 

 

Strategische herconfiguratie lijkt overigens een klein beetje op het concept achter shared service centers. Hans Strikwerda definieert in zijn boek Shared Service Centers een SSC als volgt: een resultaatverantwoordelijke eenheid, als onderdeel van de interne organisatie van een onderneming of instelling, die tot taak heeft specifieke diensten, bijvoorbeeld administratie of IT, te leveren aan divisies of business units. En dat op basis van een dienstverleningsovereenkomst, én tegen verrekening van alle gemaakte kosten. Maar bedenk dat een SSC vaak het platform is van waaruit een meer structurele vorm van outsourcing wordt ingericht, en de trend is duidelijk. De beslissing om bepaalde activiteiten wel of niet te outsourcen, wordt altijd ingegeven door efficiency of het gebrek aan bepaalde expertise. Maar de uiteindelijke keuze wordt altijd bepaald door het prijskaartje dat daaraan hangt, en dat kaartje maakt het zonneklaar dat alleen beheerst uitbesteden iets oplevert. (Wie geen zin of tijd heeft om het boek van Strikwerda ter hand te nemen, verwijs ik graag naar de eerste aflevering van Management Topics waarin Hans Strikwerda onder de titel Shared Service Centers: hype of opmaat naar een nieuw organisatieconcept? in kort bestek alle aspecten rond het SSC krachtig duidt.)

 

 

Outsourcing is als concept de kinderjaren ontgroeid. Het allang niet meer om het uitbesteden van simpele taken of het verplaatsen van activiteiten naar lagelonenlanden. Outsourcing is een integraal onderdeel geworden van het strategisch proces, en daarmee lijkt ook het woord zelf zijn langste tijd te hebben gehad.

 

(U kunt hier een uitgebreide analyse van het wel en wee van outsourcing lezen. En leest u hier een korte notitie over facility management.)