De Braziliaanse business gigant Ricardo Semmler raadde zijn jonge talenten aan om literatuur te lezen. Kafka, Joyce en Goethe zijn beter voor je dan al die managementgoeroes. Je leert er iets over het leven; iets dat later bruikbaar is, ook in business. Dit idee kwam regelmatig bij me op tijdens de televisieregistratie van het programma van Theo Maassen.
Maassen is geen schrijver, maar een komiek. Dat maakt voor het idee niet veel uit: je kunt beter Theo Maassen bekijken dan business iconen. Volgens Maassen zijn er tussen hem en de koning veel overeenkomsten, maar ‘hij is de koning en ik ben de nar’. En narren heb je nodig, want ze laten je de beperkingen van je tijd en je eigen denkwijze zien.
Niet iedereen betrekt dat wat cabaretiers zeggen op zichzelf. We lachen om ze, en op die manier eigenlijk om onszelf, maar we komen zelden van zo’n show terug met het idee dat we in de spiegel hebben gekeken, dat het over ons ging. En cabaretiers zijn moralistisch genoeg om daar een onprettig gevoel bij te krijgen.
Theo Maassen was fantastisch. Hij verstaat de kunst om de dingen om te draaien. Wat we als ‘gezond’ beleven, is eigenlijk gevaarlijk en omgekeerd. We maken ons druk over futiliteiten als zwarte piet, we zetten er pietieties over op Facebook, maar waar zijn de petities als een of andere megalomane gek chemische wapens gebruikt in het Midden Oosten?
‘ Wat willen mensen nou eigenlijk in Nederland?’ vraagt Maassen zich af. Meer dan 60% van de mensen, antwoord hij, heeft het gehad met ‘allerlei democratisch geneuzel’. Het zit in de weg. Ze willen liever een sterke leider. Liever een Assad dan een Rutte, grapt de nar.
Massaal lachten we, maar weten we ook waarom? We lachen omdat een nar het grappig zegt. Maar ernstig spreken alleen de spotters, aldus een oud jiddisj gezegde, oftewel: onze komieken zijn eigenlijk in- en in-serieus. We lachen om dingen die eigenlijk niet om te lachen zijn. Dat straalt Maassen in zijn humoristische machteloosheid voortdurend uit: wake up people, kijk om je heen, maak je pissig over dingen die echt niet deugen en hou op over die futiliteiten.
Maassen is een moralist. Een moralist zoals de oude bijbelse profeet Jeremia, die met een houten juk door de stad ging lopen. Ik heb het nooit zo bekeken, maar zou de oude profeet zich daarmee als een komiek hebben gedragen? Als een nar? Kunnen we de oude profeert zien als de Theo Maassen van zijn tijd?
En dat is niet de enige parallel die Maassen heeft met oude profeten. Ergens in zijn show wordt hij cynisch over Rutte, die het kopen van spullen als belangrijkste boodschap heeft voor zijn volk. Hier doemt de vergelijking op met de Apocalypse waarin wordt voorspeld dat in een verre toekomst de ‘kooplieden de machthebbers der aarde zijn’. Ook al dat verzet tegen consumeerdrift.
Ik benadruk het moralisme van Theo Maassen, omdat ik denk dat we er gemakkelijk aan voorbij gaan. Zijn boodschap wordt bedreigd door het gevaar dat we graag amusement consumeren; een fenomeen waar Neil Postman in de jaren tachtig al tegen waarschuwde.
De strekking van zijn verhaal was dat machthebbers lekker hun gang kunnen gaan, wanneer ze het volk bezig houden met amusement. Je zit voor de televisie en ondertussen worden er relevante besluiten genomen. Na Postman is het niet minder geworden, want het internet is er bij gekomen.
De tragiek voor Maassen is dat mensen met hem omgaan zoals ze met ‘spullen’ omgaan. Veel bezoekers consumeren hem als een Big Mac. Ze betalen voor zijn show en kopen daarmee de lach. Rutte zal tevreden zijn.
Hiermee is niets gezegd over Maassen, maar meer over de machteloosheid van cabaret als moralistisch instrument. Je moet cynisch en persoonlijk worden, wil je iemand raken. 1-op-1. Een podium, de verhoging waarop je de goegemeente staat toe te spreken, zorgt ervoor dat ze naar je luisteren, maar het is ook de muur tussen jou en het effect van je boodschap.
Mensen beleven het als amusement, als koopwaar. En dat is wat Theo Maassen niet verdient. Zijn boodschap is er te krachtig voor. Wat wij normaal vinden, is te vaak waanzin in zijn ogen. Als je dat zo zegt, vinden mensen het saai, haken ze af. De spanningsboog van de 21e eeuwer is te vergelijken met een windvlaag.
Word wakker mensen, hoor ik steeds maar. We amuseren ons kapot, we denken dat kopen ons gelukkig maakt, maar ondertussen worden er ergens in de wereld chemische wapens gebruikt en roepen premiers dat spullen moeten kopen.
Heere Heeresma, de inmiddels overleden schrijver, zei het prachtig: ‘Het is aan de oceanen voorbehouden om voort te gaan in eeuwige deining. Een mens mag meer zijn.’
Bert Overbeek publiceerde onlangs het boek ‘ Slechte chefs werk je weg’. Dit boek (ook als ebook uitgegeven) tegen slecht management is een boek met een knipoog en is te verkrijgen via deze link: http://www.mijnmanagementboek.nl/shop/index.php/catalogsearch/result/?q=slechte+chefs+werk+je+weg
Overbeek twittert op Goeroetweets en heeft een JongeBazen groep op Linkedin.
Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen?
Probeer het Pro-abonnement een maand gratis
En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.
Word een PRO