Marketinggigant Philip Kotler zei: ‘Ik ontwikkelde theorieën altijd tijdens consultancyklussen. Anderen moeten ze maar bewijzen.’Er springen een paar dingen uit deze uitspraak. Om te beginnen voelt Kotler zich niet gebonden aan de academische code van de bewijslast. Hij doet liever. Gaat het dan mis, dan heb je weer wat geleerd.
Je ziet het vaker. Dat grootheden in de business wereld zich niet door academische principes laten leiden. Van Steve Jobs en Bill Gates is bijvoorbeeld bekend dat ze hun academische opleidingen staakten. Wanneer je dat gegeven legt tegen de scherpe kritiek van Henry Mintzberg op academische scholing, dan roept dat vragen op over het rendement van MBA’s en dergelijke.
Mintzberg vindt dat de masteropleidingen veel te eenzijdig zijn: ze richten zich met name op de administratieve kant van het managementvak. Er wordt te weinig gedaan aan psychologie, het beïnvloeden van mensen en aan de vraag hoe je activiteit in je organisatie krijgt.
Een wetenschappelijke of universitaire achtergrond is in principe een rijkdom. Maar de vraag is natuurlijk wel: wat leren we daar de mensen? En is wat we daar leren ook wat nodig is in het bedrijfsleven? Moet je op iedere plek een academicus hebben of kan het ook anders?
In een interview met Avenir, periodiek van de faculteitsvereniging Aureus, mopperde ik onlangs op het gebrek aan training in skills op de universiteit. Het waren de interviewende studenten zelf die me hadden verteld dat daaraan niets werd gedaan. Ze waren niet tevreden met de wijze waarop het onderwijs geregeld was op de Amsterdamse economiefaculteit.
Ik vind dat zorgelijk. Nederland heeft een kwalitatief hoogwaardige onderwijsvorm nodig om mee te blijven doen in onze grillige wereldeconomie. Ondernemers zorgen over het algemeen voor de impulsen. Ik zou er een studie van maken. Met naast bedrijfseconomie ook een onderdeel ‘business en organisatiepsychologie’ (waarin modern hersenonderzoek wordt betrokken), een onderdeel ‘ondernemen’. Maar vooral ook: skills waardoor mensen daadwerkelijk gaan doen en niet alleen maar analyseren. Want dat kunnen we allemaal.
(Philip Kotler is één van managementdenkers uit het boek 'Goeroegetwitter' van de schrijver van dit artikel.)
Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen?
Probeer het Pro-abonnement een maand gratis
En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.
Word een PRO
Eerlijkheid gebied mij te zeggen dat je met 8 jaar lagere school ook geen garantie hebt dat je een topper in het bedrijfsleven wordt.
Maar volgns mij is dit een open deur; evenals de stelling, Bert.
Groet,
Bas
Het valt mij op dat academici vaak ingewikkelde, vage taal gebruiken. Misschien om aan te geven dat ze academicus zijn... Of om te verhullen dat ze het eigenlijk ook niet weten. Hoe dan ook worden ze meestal niet aangesproken op hun vage taal ("Wat bedoel je eigenlijk?").
Dat is mijns inziens mede de oorzaak van te weinig actie bij academici: er gebeurt niets omdat anderen de boodschap van academici niet begrijpen, èn men dat niet durft toe te geven.
Jammer dat in veel gevallen de kennis wel aanwezig is bij academici, maar de kunde ontbreekt. Tel daarbij op dat academici vaak zich sociaal hoger plaatsen dan de gemiddelde medemens en het plaatje is rond. Resect voor elkaar heet dat in de volksmond.
Let op hé : niet alle academici zijn zo. Gelukkig niet. Ik kan er ook opnoemen die wel de combinatie van kennis, kunde en respect voor anderen (en meningen)hebben. Gelukkig ken ik die academici ook.
Groet,
Bas