Nogal wat oudere werknemers kiezen te vaak voor de slachtofferrol. Ze mopperen op het management, op jongere collega’s, op het feit dat ze meer gegevens moeten vastleggen en op veranderingen. De kritiek die ze op anderen uitoefenen is altijd scherper dan hun zelfkritiek. De kern is dat hen het werken onmogelijk wordt gemaakt en dat Dat is me gebleken uit 20 gesprekken met managers en 20 met jongere medewerkers.
Door hun kritische gemopper hebben ze een negatief effect op de werksfeer, vonden 34 van de 40 kennissen, terwijl ze zelf altijd naar andere wijzen, zo bleek mij in de gesprekken. Ze hebben het vaak over ‘ vroeger’, toen alles beter was en de wereld nog menselijk was. Opgegroeid in de onbetaalbaar sociale jaren 50, 60, 70 en 80 hebben ze kennelijk moeite met een samenleving die meer vraagt van de eigen verantwoordelijkheid.
Jongeren vinden het daarbij lastig dat de kritische ouderen aangeven dat ze niets meer kunnen leren. De houding is star: ‘Ik ben wie ik ben, op mijn leeftijd verander je dat niet meer. Dus jullie doen het er maar mee.’ Het gaat niet om alle ouderen, maar ook niet om een verwaarloosbare groep. En bedrijven treden er te weinig tegen op, aldus de door mij geinterviewde medewerkers.
Nu is een steekproef onder 40 mensen geen statisch verantwoord onderzoek, maar de resultaten bevestigen een beeld dat ik in mijn werk als trainer, coach en interim manager wel vaker tegenkom. Bedrijven spreken dan over de onuitroeibaarheid van ‘oude cultuur’, maar het heeft niets met cultuur te maken. Het is een houding van een bepaald deel van de medewerkers.
Waarom nemen mensen deze houding aan? Wie bij Nobelprijswinnaar Kahnemann te rade gaat, zou kunnen denken dat het te maken heeft met ‘veranderluiheid’. In ons brein zit een zekere mate van luiheid. We blijven liever in onze routines hangen, dan dat we daar kritisch naar kijken.
Als we ouder worden is die neiging wat sterker. Dan willen we niet teveel sores meer aan ons hoofd hebben. Opgegroeid in de vette jaren zijn we gewend aan een patroon waarbij je op je 60e kunt gaan afbouwen. Dat dat in de mondiale geschiedenis een volstrekt uniek fenomeen is, vergeten we wel eens. Mensen die die vette jaren hebben meegemaakt van een verzorgstaat, hebben moeite met een samenleving die werk maakt van verantwoordelijkheid van het individu.
Dat ouderen niets zouden kunnen leren, is klinkklare onzin. Lees ‘De wijsheidsparadox’ van de neurowetenschapper Goldberg maar eens. Het hangt volledig van je instelling af. Als je verzadigd bent op je 60e, en je vindt dat je recht hebt op van alles, hoef je ook niets meer. Je wilt een beetje rondrijden in je campertje. Begrijpelijk, vooral in Nederland waar mensen dat eigenlijk op hun 40e al willen.
Het is van belang dat ouderen tot aan de laatste dag van hun carriere vitaal blijven in onze moderne samenleving. Een constructieve houding wordt door de jongeren en managers erg op prijs gesteld. Niet de hele dag zeuren over alles wat niet deugt of klopt. Niet de hele dag over vroeger praten, over alles wat je is aangedaan. Maar een opgewekte en positieve houding met betrekking tot het werk. Dan doen ze vanzelf een beroep op jou en je ervaring.
‘Vroeger’ waren de ouderen vaak een stuk gezelliger dan tegenwoordig. Minder geklaag. Laat de oude garde daar een voorbeeld aan nemen.
Bert Overbeek publiceerde onlangs het boek ‘ Slechte chefs werk je weg’. Dit boek (ook als ebook uitgegeven) tegen slecht management is een boek met een knipoog en is te verkrijgen via deze link: http://www.mijnmanagementboek.nl/shop/index.php/catalogsearch/result/?q=slechte+chefs+werk+je+weg
Overbeek twittert op Goeroetweets en heeft een JongeBazen groep op Linkedin.
Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen?
Probeer het Pro-abonnement een maand gratis
En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.
Word een PRO
Mvg
Tony de Bree
Twitter: @tonydebree
Voor mij als docent is het de uitdaging om precies datgene te bieden wat de persoon nodig heeft.
Het gaat dus om grote en ingrijpende veranderingen. Het is niet zo, dat ouderen niet willen, maar meer dat het brein dit niet meer toelaat.
De remedie is: respect, en je richten op wat wel kan. Daar heeft een manager empathie voor nodig. Ja, helaas.
Gras gaat niet harder groeien door eraan te trekken!
Dat ik zou suggereren dat oud dom en lui zou zijn, spreek ik tegen. Integendeel, ik beweer het tegenovergestelde: ze kunnen echt nog wel wat leren. En de tekst van Kahnemann over veranderluiheid betreft niet alleen ouderen. Wel denk ik dat je niet ingewikkeld hoeft te doen over de verschillen tussen oud en jong. Dat heeft niets te maken met blondines en brunettes of stigmatisering. Ik verwijs niet voor niets naar de Wijsheidsparadox van Goldberg. De breinen van oude en jonge mensen verschillen. Waarom zou je dat niet mogen stellen? Al vaker in de geschiedenis zijn mensen die verschillen in het brein benoemen verketterd door mensen die onmiddellijk roepen dat er wordt gestigmatiseerd.
Ongenuanceerdheid zit altijd een beetje in dit soort artikelen. De discussie wordt er duidelijker van, zoals je hier ziet. Dat is ook het doel, want dit onderwerp verdient het. En het gaat er juist om ouderen in de stand te krijgen, waardoor ze meer in hun kracht staan. Want we zullen met zijn allen steeds langer moeten werken. En daar past een frisse en actieve opstelling bij.
Nu de inhoudelijk kant. Als je algemene conclusies verbindt aan een niet-representatieve steekproef, dan is insinuatie haast onvermijdelijk. Dat geef je overigens zelf ook aan in je artikel. Wat uit heel veel artikelen op Jongebazen naar voren komt, is dat er een groot verschil is tussen WILLEN en KUNNEN. En naarmate de leeftijd stijgt, KUNNEN veel dingen niet meer. Lichamelijk niet, en ook geestelijk niet meer.
Er speelt nog iets anders mee. Als ouderen 3 of 4 reorganisaties meegemaakt hebben - tegenwoordig verandertraject geheten - en reorganisatie 5 komt eraan, dan zeggen ze wellicht: geef de pijp maar aan Maarten. Je wordt verandermoe.
En wie weet, als je dezelfde steekproef over pakweg 20 jaar houdt, dan zeggen die 34 van de 40 ondervraagden misschien wel dat hun bazen en jongere collega's van het jaar 2034 ze niet meer begrijpen ....
In mijn werk in organisaties kom ik veel dingen tegen. Die dingen maak ik in bredere zin bespreekbaar; ook op deze website. Daar hoort ook het geklaag van een aantal (lang niet alle) oudere werknemers bij,. En het geklaag van anderen over die klagende oudere werknemers.
Naar aanleiding daarvan ben ik aan een aantal managers en jongeren in organisaties gaan vragen hoe ze hun oudere collega's ervoeren. Niet vanuit een vooropgezette stelling, maar open. Laat ik er onmiddellijk bij zeggen dat ik geen enkele reden heb om oudere werknemers onderuit te sabelen. Integendeel, in mijn werk heb ik zelfs affiniteit met deze groep, omdat ik net als jij vindt dat ze te vaak worden afgedankt.
Maar er is gewoon een klagende klasse die alles bij het oude wil laten en ik denk dat de door mij bevraagde mensen het daar over hebben. Waarom ontkennen? Als je mijn boeken ' Voer voor jonge bazen' en ' Slechte chefs werk je weg' zou hebben gelezen, dan zou je begrepen hebben dat ik je kritiek op bepaalde managers deel.
Maar wanneer ik over die managers iets schrijf, krijg ik vergelijkbare klachten als die jij nu uit. Ik vertik het om verschijnselen onder de mat te schuiven. En nu is er een bepaalde groep ouderen aan de beurt, die zegt dat ze niet meer te veranderen zijn, en dat het allemaal aan anderen ligt. En neem van mij aan dat dat bestaat.
Mijn doel is overigens juist om oudere medewerkers te laten beseffen dat er ook voor hen nog van alles in het vat zit. Kansen zat, ook op ontwikkeling. Maar dan moet je wel beseffen dat je als klagende oudere collega niet als prettig wordt ervaren. En zelf ga je je er trouwens ook niet beter van voelen.
Als je het nu nog laf vindt, en heel zeker weet dat dit allemaal vooropgezet is geweest, dan moet je dat vooral blijven geloven. Ieder zijn meug. Ik weet intussen wel beter. Wel ontstaat bij mij intussen de indruk dat je klagende oudere medewerkers met poezelige handschoentjes moet behandelen. En dat vertik ik. Juist omdat ik denk dat ze vooral zichzelf in de vingers snijden als ze zich als slachtoffer opstellen.
Trouwens, volgens mij hadden we in die vette jaren tachtig toch ook een crisis met een hoge werkeloosheid en een fikse rente op een hypotheeklening. Kijk dat heb je dan weer als je wat ouder bent dan weet je dat soort feitjes (en aan den lijven ondervonden).
Maar goed, het zou zo leuk zijn als er vanaf nu alleen positief geschreven en gesproken wordt over "DIE OUDERE" werknemer. We mogen inmiddels tot 67 jaar werken en we worden zo rond de 85/90 jaar oud. En ook die jongere wordt ooit een oudere. Eens kijken hoe zij het dan ervaren als er zo over hen gesproken zou worden...... helaas, dan ben ik er niet meer.
Ik ga niet alleen maar positief over ouderen schrijven. Slechte chefs, arrogante jonge leidinggevenden, luie medewerkers en chefs en klagende 50 plussers, we willen ze allemaal fris houden. En dat doe je niet door ze te ontzien. Wie help je daarmee?
Ik geloof er ook helemaal niet in, dat de ene mens moet bepalen hoe de ander moet handelen of zich moet opstellen. Die tijd hebben we toch gehad, wat mij betreft.
Gebruik de goede kanten van eenieder en er is veel mogelijk!
Als je mensen niet meekrijgt met je verhaal, zal dat wel niet goed zijn en/of zul je de mensen wel niet goed benaderen. Dat een oudere (met al zijn bagage en ervaring) anders reageert dan een jongere, dat is toch logisch / mooi / zinvol. Niet elke verandering is namelijk een verbetering, dat weten ouderen als de besten!
hij schrijft op www.nuzakelijk.nl in zijn column Hoe krijg ik mijn mensen mee? o.a.:
Eigenlijk zijn dit de belangrijkste uitgangspunten:
- je kunt de ander niet veranderen, alleen je eigen gedrag heb je in de hand;
- mensen willen wel veranderen, maar niet veranderd worden;
- niemand is ongemotiveerd. Maar soms zijn mensen wel voor heel iets anders gemotiveerd dan jij;
- Voor mij persoonlijk is het belangrijkste leerpunt dat het eigen ego, nog meer dan ik verwachtte, ondergeschikt is aan het collectieve doel.
Een volgende generatie laat de oude garde altijd zien waar die uit bestaat.