Ben je een manager, of kan je het worden?

Bespreking van recente breinboeken is een noodzaak geworden voor de managementwereld en hun trainingsleveranciers. De vraag is niet meer of de neurologie de psychologie gaat veranderen, maar hoe ze dat gaat doen. En als ze de psychologie verandert, dan zal ze ook ons mensbeeld veranderen en onze manieren van aansturen, trainen en selecteren. Voor degene die denkt dat het niet zo’n vaart zal lopen, het proces is al in volle gang.

In dit kader is het boeiend voor managementtrainers, pedagogen, psychologen en psychiaters om neurologen als Goldberg en Swaab te lezen. Genoemde beroepsgroepen maken gebruik van oude werkmodellen. Het zou mooi zijn als die modellen getoetst zouden worden door neurologen en studenten neurologie. Er is vernieuwing nodig. Therapieën en trainingen werken tijdelijk. Behandelingen hebben zelden een duurzaam effect. Neurologen kunnen hier een nuttige rol spelen.

We geven een gangbaar voorbeeld uit de wereld van het bedrijfsleven. Mensen worden daar beoordeeld op competentieprofielen. Bij zo’n beoordeling horen mensen hun kwaliteiten en aandachtspunten. Aan de aandachtspunten moet je werken. Dan kun je nieuwe dingen leren. Het hele idee achter competenties is dat kwaliteiten ‘dingen’ in je persoonlijkheid zijn die je kunt bijschaven zolang je je er maar bewust van bent.

Maar wat is je persoonlijkheid?  En wat is bewustzijn? Je brein, zegt Goldberg. Om heel precies te zijn (en blijf me even volgen) : ‘je neocortex (een onderdeel van je hersenen) en de associatiegebieden daarvan’. Het verschijnsel van een bewuste ervaring, zegt hij alsof hij een wiskundige definitie uitspreekt, is ‘niets meer of minder dan tijdelijke en intensieve activering van een neocorticaal netwerk’.

Goldberg schrijft niet gemakkelijk. Wat hij zegt is dat iets in je brein in beweging komt wanneer je een bewuste ervaring krijgt. De vraag is dan: krijg je eerst de ervaring en komt dan pas je hersenpan in beweging, of produceren de hersenen de bewuste ervaring? Deze vraag doortrekt alle breindiscussies. Zijn wij prooien van onze hersenen, of sturen we ze nog enigszins?

Alle grote levensthema’s komen daarbij langs. God. De vrije wil. Crimineel gedrag. Jurisprudentie. Liefde. En uiteraard geboorte en dood. De mens heeft, zo stellen een aantal neurologen, weinig invloed op zijn keuzes. Swaab schrijft in ‘Wij zijn ons brein’ over verliefdheid. ‘Je zou verwachten’ zegt hij ‘dat voor zoiets belangrijks als een partnerkeuze (…) onze hersenschors bij vol bewustzijn de selectie van de juiste partner zou maken’.

Dit is niet het geval. Tijdens heftige verliefdheid zijn vooral processen in ons bezig die onbewust zijn, in de zogenaamde ‘oudere’ delen van onze hersenen, die we gemeen hebben met het gedierte des velds. We raken in een roes die op verslaving lijkt. Van een verstandige en bewuste keuze is geen sprake.  We zijn min of meer gedrogeerd. Wat nou vrije wil?

Interessante discussie natuurlijk. We kennen allemaal dit soort ervaringen wel. Ervaringen waarbij je met je ‘gezonde verstand’ weinig invloed op je gevoel hebt. En in die situaties kun je je inderdaad afvragen of je ‘zelf’ stuurt, of dat je hersenen je sturen. Neurologen als Goldberg en Swaab trekken het idee van de hersenen (en meer precies de prefrontale cortex) als ‘leider van het orkest’ naar alles door, en maken van de hersenen een soort nieuwe allesbepalende god, maar dit is een aanname en een punt van discussie binnen hun vakgebied. Ik denk niet dat ze daar ooit een afdoende antwoord op vinden.

Een vrije wil, hebben wij die? Hebben wij een bewustzijn of ziel? Goldberg is (net als Swaab) kort door de bocht. De bewuste ervaring is in zijn ogen een uiting van een van de netwerken in de hersenen. Dat produceert bewustzijn, gevoel en eigenlijk alles. Wij hebben geen ziel, wij hebben een brein en een bewustzijn en als we dood gaan, dan is het voorbij.

Een god bestaat niet. Mogelijk is dat een afvalproduct van de evolutie. In de tijd dat onze hersenen nog niet zo’n fijn ontwikkelde prefrontale cortex hadden, hoorden we misschien stemmen en zijn die stemmen gaan uitleggen als goden. Later zijn we die stemmen niet meer gaan horen. Je ziet, neurologie bemoeit zich met alles. Ook met het bestaan van een ziel of van God.

Maar als alles in ons brein zit, en we zijn maar beperkt te ontwikkelen, waarom zouden we dan aan aandachtspunten werken? Dan ben je een manager of je bent het niet. En hoe kan het dan zijn dat mensen effect sorteren door aan zichzelf te werken? En dat levenservaring je als mens kan veranderen? Dat soort vragen staan helaas nog in de kinderschoenen. Dit gaat over de verbanden van cognitieve ontwikkelingen met de structuur van onze hersenen. Goldberg zegt dat hierover nog maar erg weinig bekend is. Er is veel over gesuggereerd maar weinig over bewezen.

En dat is precies waar meer onderzoek welkom is voor de managementtrainingwereld. Het toetsen aan de hersenwetenschappen van modellen als NLP, de RET, Belbin en Myers Briggs, om er maar een paar te noemen,  is zeer welkom. En verdere ontwikkeling van moderne hersenapparatuur is ook van belang. Bijvoorbeeld bij werving en selectie.

Tenslotte zijn er nog allerlei vragen. Waarom is de een meer een controler en de ander meer een verkoper? Of: wat is intuïtie precies?  En: welke competenties horen bij intuïtie, en waar zitten ze in de hersenen? Kan het zo zijn dat je iets wordt ingefluisterd door engelen of is dat uitgesloten? Is er een andere wereld? Leven we ook na onze dood door?

Al deze vragen wachten op een wetenschappelijk antwoord. En de vraag is of wij afdoende antwoorden vinden op dit soort vragen…

 

 

 

 

 

 

Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen

Probeer het Pro-abonnement een maand gratis

En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.

Word een PRO