Maartje Bouvy, CFO bij Royal Haskoning:' Ik geloof in dienend leiderschap' (Interview)

Een financieel directeur die een maffiafeest organiseert in plaats van de traditionele bijeenkomst met deftige uitnodigingen. Een boekhouder die creatief is. Associatief, maar toch ook een logische denker. Een moeder die het vertikt om meer dan één kind per dag aan te kleden, waardoor één van de andere drie wel eens zonder sokken op school komt.  Een dynamische flapuit die uiterst bedachtzaam en voorzichtig kan zijn als het om geldzaken gaat.  En dat alles in één persoon.  Wat kunnen we nog meer zeggen van Maartje Bouvy, CFO van Royal Haskoning?

Wat is ze voor een vrouw? Een topvrouw? Net als alle andere topvrouwen houdt ze niet van dat woord. Laten we het op vakvrouw houden. ‘You can smell a rat’ zei een oude baas ooit tegen haar, waarmee hij bedoelde dat ze een scherpe intuïtie had, wanneer de cijfers niet klopten. Ze voelt het aan, en ze kijkt snel door de cijfers heen. Ze is slim. Mede daarom heeft ze een prachtig CV, waar onder andere 12 jaar Unilever op prijkt.

Belbin en MBTI mixt ze moeiteloos met kwartaalrapportages en jaaroverzichten. Pleasers praten anders over hun financiële performance dan optimisten, stelt ze vast. Ze combineert dus financieel inzicht met mensenkennis. Dat heeft iets met haar moeder te maken, die ‘mensen kon lezen’, en iets met Nijenrode, waar ze niet alleen kennis leerde, maar waar ze die kennis ook leerde toepassen in een sociale context.

Groot is ze niet. Ze heeft een opgewekte en dynamische uitstraling, levendige blauwe ogen en formuleert behendig en in hoog tempo. Geen zeurpiet, maar iemand die positief in het leven staat. Dat is ook wat haar met haar man verbindt, ‘een echte prins op het witte paard’. Met hem is ze in staat de dingen positief te bekijken.

Ik heb haar gevraagd om een interview te doen dat gebaseerd is op  zes stellingen uit mijn nieuwe boek ‘Goeroegetwitter’. Stellingen van managementgoeroes. (Boek is te koop in de betere boekhandel, of via de internetboekhandels bol.com of managementboek.nl)

Ik zou willen beginnen met een stelling van Charles Handy. ‘Je houdt talent niet vast met alleen geld. Het wil zingeving, een hoger doel. Richt je op je maatschappelijke verantwoordelijkheid.’ Wil je eens zeggen hoe jij dit ziet?

‘Laat ik Manfred Kets de Vries citeren. Goede organisaties hebben drie metawaarden: fun. love en meaning. Fun betekent voor mij dat je grappen met elkaar maakt. Love moet je opvatten in de betekenis van caring,voor elkaar zorgen. Meeleven als iemand trouwt of een belangrijke persoon in zijn leven verliest.

En tenslotte is er dan ook meaning, de zingeving uit je vraag. Het is belangrijk om iets zinvols te doen.  Daarom is het ook zo leuk om bij Royal Haskoning te werken. Bij Unilever heb ik het geweldig naar mijn zin gehad, maar het ging daar over de vraag: hoe gaan we dit jaar weer meer margarine of rookworst verkopen? Hier ben ik echt bezig met sustainable economy. Duurzame interactie tussen de mens en zijn omgeving.

Zingeving wordt vaak met grote levensvraagstukken geassoccieerd. Ik zou het klein willen maken.  Stop met enkelzijdig printen. Dat scheelt een hoop papier. En om de fileproblemen te bestrijden: vergader niet voor 11 uur. Het zijn kleine voorbeelden met veel impact.’

Stelling twee dan. Frederick Hertzberg zei ‘Managers zorgen niet altijd voor goede arbeidsomstandigheden. Daar hebben mensen last van, dat drukt op de motivatie.’ Hoe werkt dat bij jou?

‘Ik geloof in dienend leiderschap. Wat ik doe met mijn team is brainstormen, energie geven, soms ook richting geven. Een paar jaar geleden zat ik meer in de control-modus, nu wil ik samen met mijn mensen de weg vinden. Dingen veranderen. Vroeger waren organisatieplaatjes pyramids, nu gaan we meer toe naar pancakes. Wat dat betreft heb ik wel wat me Josephine Green van Philips die stelt dat leiderschap, zoals dat nu bestaat zal verdwijnen.

Het hiërarchische, daar geloof ik minder in. Ik red me prima in de mannenwereld, maar ik zie ook dat het vooral mannen zijn die zich aanpassen aan de grootste aap op de rots. Zo zit ik niet in elkaar. Als ik het ergens niet mee eens ben, zeg ik het.

Leiders moeten een beetje creatief zijn en vooral de humor niet vergeten.  Als financieel manager van een organisatie met content driven ingenieurs ben je natuurlijk constant bezit met finance zaken tussen de oren van de mensen te krijgen. Marges, forecasting, dat soort dingen. Dus moet je wat leuks bedenken.

Zo maak ik League Tables. In een soort hitparade zet je degene op nummer 1 die het goed heeft gedaan met de cijfers. Degene die het niet goed heeft gedaan, komt onderaan. En je begrijpt het al: niemand wil onderaan staan. Laatst heb ik bovendien een aantal potten snoep bij de Hema gekocht, waar ik dan een nieuw etiket voor maak met bijvoorbeeld  ‘Beste Marges’. Degene met de beste marges, krijgt dan zo’n ding.

Over creativiteit gesproken. Ik heb een citaat van Edward de Bono voor je: ‘Succesvolle mensen willen een bergtop bereiken en nemen de hindernissen voor lief. Ze zijn een beetje gelukkig en een beetje gek.’ Hoe zit het met die hindernissen in je leven?

Iedereen heeft hindernissen, het ligt er maar aan hoe je er mee omgaat. Ik zie ze graag als uitdagingen en leg de focus op de dingen die lukken. Uit de Belbin-test komt naar voren dat ik een plant ben en een brononderzoeker (= netwerker).  Het creatieve is dus wel aanwezig. Dat is ook een manier om handig met hindernissen om te gaan. En dingen loslaten, dat helpt ook. En dat kan ik toevallig erg goed.’

Ze vertelt een paar verhalen waarvan ik me afvraag of ik ze in het interview zal opnemen. Het gaat over de dingen die ze vrij gemakkelijk kan loslaten. Ze gaan bijvoorbeeld over huishouden en kinderen. Ze vindt het geen drama als het huishouden een keer niet gedaan is. Daar heeft ze geen  last van. En haar partner heeft liever niet dat ze kookt, omdat hijzelf echt veel beter kookt.

Haar kinderen komen wel eens zonder sokken op school. Heeft ermee te maken dat ze heeft besloten ’s ochtends niet meer dan 1 van de 4 kinderen te helpen met aankleden.  De andere 3 mogen zichzelf aankleden. En dat gaat niet altijd helemaal goed. Ze gaat daar vrij makkelijk mee om. Je kunt niet alles perfect doen. Haar kinderen hebben desondanks een leuke mama aan haar. Ze gaat graag met ze naar het hockeyveld en ze bellen regelmatig. Tijdens het interview twee keer.

Maartje Bouvy is een open persoonlijkheid en lijkt weinig schaamte te kennen. En ze mag dan af en toe willen shockeren, kwetsen wil ze mensen niet. Ze is een modern type leider, dat minder afstandelijk is dan de leiders van weleer, en echt transparant. Dat zal wel eens een verkeerd beeld neerzetten; de wereld moet er misschien nog aan wennen.

Iets wat ook gemakkelijk een verkeerd beeld neerzet is de spiritualiteit waarover een boek op haar tafel ligt. Ik confronteer haar met een stelling van Henry Mintzberg: ‘Onze universiteiten en hogescholen leveren slechte managers af. Teveel met cijfers bezig. Ze willen een wetenschap maken van management.’

‘Management kan je niet uit een boekje leren. Het gaat niet alleen om kennis, maar ook om de sociale contexten waarin je die toepast. Die moet je dus snappen. Toen ik hier kwam moest de financiële club up to speed. Dan kan ik wel boekenkennis van veranderingsprocessen hebben, mijn mensen moeten er ook in geloven. Dat kan alleen maar door mensen te raken. In het hart. First touch the heart before you can reach the mind

We doen binnenkort zen-mind-sessies. Dat heb ik binnengebracht, omdat onze mensen vaak erg cognitief ingesteld zijn. Het gaat erom de batterijen op te laden. Ik doe meer van dit soort dingen. Laatst las ik in een presentatie een tekst van Queen voor: ‘It’s a kind of magic’. Om het verschil tussen wat je doet en hoe je het doet duidelijk te maken. Eerst las ik hem voor, en daarna heb ik de tekst gezongen. Het eerste was de inhoud: wat staat er? Het tweede gaf aan dat het hoe erg belangrijk is. Als je deze prachtige tekst op muziek hoort, heeft dat een heel andere impact.

Elke vergadering start ik met mijn team met het delen van een positieve gedachte. Dat vinden mensen natuurlijk wel eens zweverig, maar het valt  me op dat de echte topmannen vaak een spirituele kant hebben. Opmerkelijk toch?’

Zeer opmerkelijk. Dan is Tom Peters toch te somber wanneer hij  een bedrijfstop vol blanke mannen ‘porno van de ergste soort’ noemt. Wat vind je van zo’n uitspraak?

‘Och , in onze bedrijfstop zitten hele leuke mannen. Bovendien heb ik een CEO die erg voor diversiteit is. Zelf heb ik geen moeite met de mannenwereld. Misschien komt dit door mijn soms wat masculine leiderschapstijl, en ik lach ook mee als er een grap wordt gemaakt. Wel maakte ik het eens mee bij een sollicitatie dat iemand me een paar keer achter elkaar ‘meisje’ noemde. Daar heb ik toen wel een opmerking over gemaakt.’

Voor jonge vrouwen die in een mannenwereld naar de top willen heb ik wel een paar tips. 1. Blijf dicht bij jezelf. Vraag je af wat er uniek aan je is, en zorg dat dat unieke je bijdrage wordt aan een organisatie. 2. Neem jezelf niet te serieus. Leer relativeren. 3. Humor. Mannen vinden humor ook erg belangrijk. En vergeet af en toe het ‘tactische biertje’ niet.  Eten en drinken werkt verbindend.

Mannen geven bij mij aan twee dingen vervelend te vinden bij vrouwen. Als ze het ergens niet mee eens zijn, zie je dat aan de lichaamshouding al vanaf het eerste moment. Tweede ergernis is dat vrouwen vaak met stemverheffing gaan praten.’

Maar voor mannen én vrouwen geldt dat het sowieso moeilijk is om er uit te springen tegenwoordig. Ons laatste citaat van Seth Godin bewijst dat: ‘Wie in deze tijden nog wil opvallen, heeft het moeilijk. Overal schreeuwen producten om aandacht. (…) Je kunt alleen  iets verkopen als je opmerkelijk bent.’ Waardoor kunnen jonge bazen zich nog onderscheiden, vind je?

‘Ik denk dat ze zich moeten afvragen wat hun meerwaarde is. Hun vragen zouden volgens mij moeten zijn: Welke bijdrage kan ik en wil ik leveren aan deze wereld? Waar krijg ik energie van? En: wat kan ik leren op de plekken waar ik werk?

Ik kom uit Berkel en Enschot, mijn vader had een aannemersbedrijf. Dat is een wereld van hard werken   We zouden daar over de huidige generatie zeggen dat ze een beetje ‘over het perdje getild zijn’. Het is een generatie die opgegroeid is met veel rechten en weinig plichten. Het ik staat centraal. Als ze dat een beetje los kunnen laten en hun eigen bijdrage kunnen leveren aan het grotere geheel, dan komt het wel goed. ‘

Interviewer Bert Overbeek is coach, mediator en trainer van Pitcher Support. Hij is schrijver van ´Goeroegetwitter´ en ´Heerlijk, de werkvloer op!´Informatie via pitcher.support@hetnet.nl.

Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen

Probeer het Pro-abonnement een maand gratis

En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.

Word een PRO 

Bedrijvengids
Leuk artikel!
Gregor
De uitspraak in de titel "ik geloof in dienend leiderschap"  wordt helaas niet verder besproken.  Dat is erg jammer, want juist het dienend leiderschap ontwikkeld door Robert K. Greenleaf  (via creatief leiderschap) is juist erg inspirerend en een must voor leidinggevenden die werken (lees: opgevoed zijn) vanuit macht en cijfers.
Beatrice (Bea) Annot
Pro-lid
Prima vrouw die Maartje. Mooie mix van allerlei relevante en plezierige kwaliteiten die een organisatie goed kan gebruiken bij iemand op een soortgelijke post. Complimenten! En vooral zo blijven.
- leuke intervieuws trouwens.