In onze behoefte aan snelle besluiten zijn we op zoek naar instrumenten die ons kunnen helpen. Uit verschillende hoeken is de suggestie gekomen om intuitie in te zetten als een hulpmiddel. Het ‘gevoel’ dat wij intuitie noemen is het product van kennis en ervaring. We hebben door veel oefening geleerd om op een bepaald gebied het patroon van dingen razendsnel te doorzien. Soms bewust, soms onbewust.
Zo snel dat we het zelf niet meer als kennis en ervaring herkennen, maar als een ingeving. Het lijkt sneller dan ons bewustzijn, waardoor we denken dat we niet analyseren. Maar het is het gevolg van jarenlange analyse. Onze hersenen hebben die opgeslagen in hun neuronetwerken. Hierdoor herkennen we in situaties onmiddellijk patronen.
De patronen die we herkennen, kloppen niet altijd. Op het moment dat we dat inzien, breiden we onze kennis en ervaring verder uit met nieuwe patronen. Dit verklaart waarom een jonge vrouwelijke arts in opleiding mij onlangs zei dat haar oudere collega’s situaties veel sneller doorzagen dan zij. Zij moest veel meer analyseren. Hadden zij altijd gelijk? Nee, soms was haar analyse scherper dan hun intuitie.
Ik geloof dan ook niet dat onze intuitie altijd ‘gelijk heeft’. Integendeel: we kunnen er met onze ingevingen behoorlijk naast zitten. Maar hetzelfde geldt voor onze analyses: die slaan de plank soms ook behoorlijk mis. Dit heeft tot gevolg dat studenten die binnen twee minuten een docent beoordelen, het bijna net zo goed doen als studenten die die docent een half jaar kennen.
Ik heb ooit geloofd dat intuitieve ingevingen niet uit ons brein kwam, maar van ‘buitenaf’. Wat dat ‘buitenaf’ precies was, wist ik niet, maar ik zag intuitie als iets dat we aangereikt kregen, of in de woorden van Einstein, als 'een heilig geschenk'. Ik zag het als een innerlijk weten, en sloeg het net zo hoog aan als grote kunstenaars als Picasso, Paul Klee en Piet Mondriaan. Dit spirituele (en voor de rationalisten onder ons zweverige) idee heb ik losgelaten.
Ik vind het niet gek dat kunstenaars, maar bijvoorbeeld ook creatieve business mensen als Steve Jobs, dit gevoel wel vasthouden. Binnen creatieve processen ben je afhankelijk van je intuitieve ingevingen. Maar al die kunstenaars en genieen staan er niet bij stil dat ze nogal eens een grondige opleiding achter de rug hebben. Hun ingevingen drijven heel vaak op kennis en ervaring.
Moet je als kunstenaar je ingeving kritisch toetsen? Niet altijd. Ik bekeek laatst de dvd And now something completely different van het altijd grappige Monte Python, u weet wel dat clubje rondom John Cleese. Het absurdistische in de humor dat ze sterk maakt is doorspekt van ingevingen. Daar is niet getoetste intuitie prima.
Maar zodra je je ingevingen vorm gaat geven in business, wordt het anders. Er is een mooi voorbeeld van de management goeroe Edward de Bono. Het zou kunnen zijn, dat je de ingeving krijgt om een driehoekige deur te maken. Maar is die ingeving praktisch ook handig? Nee. De rechthoekige deur blijkt een briljante en zeer goed functionerende uitvinding te zijn. Dus kunnen we het idee van de driehoekige deur verworpen. Daar moet je je ingeving kritisch toetsen. Als je er tenminste meer mee wilt dan alleen maar een leuk idee ontwikkelen.
Kritisch toetsen van je intuitieve ingevingen is bij besluitvorming een noodzaak, vind ik. Ingevingen kunnen alleen dan heel waardevol worden. En dat toesten is iets dat we van nature niet goed genoeg doen als mensen, zo blijkt uit allerlei onderzoek.
Op dit moment schrijf ik een boek waarin ik deze dingen nader uiteen zal zetten. En duidelijk maken waarom ik vind dat we bij belangrijke besluiten niet blind moeten vertrouwen op onze intuitie. Zeker in de politiek of in business matters moet je uiterst voorzichtig zijn. In het boek wil ik de misleidende invloed van intuitie bloot leggen. Niet omdat ik negatief wil zijn, maar omdat ik heb ontdekt dat intuitie het heel vaak niet bij het rechte eind heeft. Temeer omdat niet alle ingevingen voortkomen uit kennis en ervaring. Soms zijn onze overlevingsmechanismes aan het werk.
Nog een ding. Als je rationaliseert over intuitie, heb ik gemerkt, roepen mensen regelmatig dat je dat niet moet doen. Boekenwijsheid, zeggen ze dan, in navolging van Annemarie van Gaal. Het gaat om gevoel; je moet niet alles willen beredeneren.
Ik hecht er in dit verband aan om te zeggen dat ik als een gevoelsmens bekend sta in mijn omgeving. In een psychologische test scoorde ik op het onderwerp ‘gevoelsmatigheid’ 9 op een schaal van 9. Je kunt moeilijk van me zeggen dat ik iemand ben die een rationalist is. Ik ben eerder 'te' gevoelsmatig, maar vind het wel belangrijk om naar anderen te luisteren, boeken te lezen, onderzoeken te bekijken en dat biedt mij allemaal erg veel plezier.
Aan het vaak licht geirriteerd geuite advies om niet over intuitie na te denken, geef ik dan ook geen gehoor. Ik doe het wel en ik word er happy van. Ik hoop mijn vrolijkheid op dit gebied in dit boek over te kunnen brengen. En behalve vrolijkheid hoop ik ook een middel over te dragen dat je besluitvaardigheid versterkt.
Ik zie intuitie dus als een in het brein ingeslepen samenwerking tussen neuronetwerken. En wel op 2 manieren: de ‘preanalytische’ reactie van de amygdala en de ‘postanalytische’ reactie van de prefrontale cortex. Mensen noemen dat het onbewuste, maar het is gewoon een door ervaring goed functionerende neuronetwerkensamenwerking.
Bert Overbeek schreef een breinboek voor managers en trainers. De bundeling van artikelen is via mijnmanagementboek.nl en alle boekhandels te verkrijgen (ook via bol.com en managementboek.nl)
Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen?
Probeer het Pro-abonnement een maand gratis
En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.
Word een PRO