De sociale kant van Scientific Management

Cover stories

Het ‘Scientific Management’ van Frederick Taylor is gepubliceerd in 1911 en wordt vaak bestempeld als fundament van het hedendaagse, door veel mensen verfoeide, efficiency-denken en timemanagement (Taylorisme). In zijn werk benadrukt Taylor het belang van nationale efficiëntie, waarbij het systeem belangrijker is dan de mens. Toch bevat Taylors werk ook een interessant sociaal perspectief dat veel minder aandacht krijgt. Hij benadrukt dat het nastreven van maximale welvaart slechts mogelijk is als voorspoed van de werkgever onlosmakelijk gekoppeld is aan voorspoed van de werknemer.

Introductie

Taylor stelt dat maximale welvaart alleen mogelijk is als de voorspoed van werkgevers en werknemers onlosmakelijk verbonden zijn. Efficiëntie betekent hoge lonen voor werknemers en lage productiekosten voor werkgevers. Onderproductiviteit, oftewel 'soldiering', is volgens Taylor een universeel kwaad dat uitgebannen moet worden om ongekende welvaart te bereiken. Taylor identificeert drie oorzaken van onderproductiviteit:

  • Misvattingen bij werknemers;
  • Defecte managementsystemen en;
  • Inefficiënte werkmethoden.

Taylor benadrukt vaak het belang van snelheid en efficiëntie, maar hij legt ook de nadruk op het welzijn van werknemers door hen te beschermen tegen overbelasting. Scientific Management leidt tot meer voorspoed, geluk en harmonie.

Principes van Scientific Management

Scientific Management richt zich op taakbeheer en standaardisatie, met als doel harmonie en samenwerking te bevorderen. Hij ziet een nauwe samenwerking tussen managers en medewerkers als een van de kernprincipes van Scientific Management. Hij wijst op het belang van goed opgeleide en vaardige werknemers. Het initiatief van werknemers en incentives zijn essentieel om snelheid en efficiëntie aan te moedigen. Taylor introduceert vier fundamentele verplichtingen voor het management (pagina 15):

  1. Het toepassen van wetenschap voor elk stuk werk i.p.v. het werken gebaseerd op vuistregels;
  2. Het toepassen van wetenschap bij het selecteren en trainen van mensen i.p.v. dit aan de werknemer zelf over te laten;
  3. Het van harte samenwerken met de werknemers in overeenstemming met de gekozen wetenschappelijke principes;
  4. Gelijkwaardige werkverdeling en verantwoordelijkheid tussen management en medewerkers i.p.v. dat alles op de schouders rust van de ‘workmen’.

Taylor pleit voor een wetenschappelijke benadering van managementtaken, waarbij taken zoals planning door het management worden uitgevoerd en de uitvoering door de medewerkers.

Pagina 17: “.... but it should be distinctly understood that in no case is the workman called upon to work at a pace which would be injurious to his health. The task is always so regulated that the man who is well suited to his job will thrive (bloeien) while working at this rate during a long term of years and grow happier and more prosperous, in stead of being overworked.”

Case Studies en voorbeelden

Taylor illustreert zijn principes met verschillende voorbeelden waarbij hij aantoont hoe wetenschappelijke observaties door het management tot betere prestaties leiden. Hij benadrukt dat werknemers moeten worden beschermd tegen overbelasting en dat zij taken moeten krijgen die beter bij hun capaciteiten passen. Dit zorgt voor een gelukkiger en productiever personeelsbestand.

Daarnaast wijst Taylor op het belang van training en ontwikkeling van vaardigheden in plaats van ontslag. Scientific Management heeft positieve gezondheidseffecten, zoals minder alcoholgebruik onder werknemers. Individuele aandacht voor werknemers levert betere resultaten op dan werken in groepen, wat de sociale samenhang en persoonlijke voldoening bevordert. Wetenschappelijke methoden bij bijvoorbeeld metselaars hebben de efficiëntie drastisch verhoogd, wat bijdraagt aan een betere werkervaring en welzijn van de werknemers. Taylor pleit voor het belonen van werknemers kort nadat de prestatie is geleverd.

Pagina 73: “It will no longer tolerate the type of employer who has his eye on dividends alone, who refuses to do his whole share of the work and who merely cracks his whip over the heads of his workmen and attempts to drive them onto harder work for low pay.” 

Tot slot

Taylor ziet Scientific Management als een instrument voor een betere wereld. Hij voorspelt dat het de gemiddelde productie van een medewerker zal verdubbelen, wat leidt tot een welvarendere wereld waarin iedereen het beter heeft. Dit systeem bevordert meer welvaart, minder werken, meer opleiding, cultuur en recreatie. Taylor benadrukt dat werkgevers niet alleen op winst moeten letten, maar ook moeten bijdragen aan het welzijn van hun werknemers. Scientific management streeft naar harmonie, samenwerking en maximale output, wat uiteindelijk resulteert in een betere en rechtvaardigere samenleving voor iedereen.

McKinsey schrijft dat de Nederlandse arbeidsmarkt hervorming nodig heeft. Wellicht is een meer wetenschappelijk benadering van bedrijfsvoering en management helemaal zo gek nog niet als potentiële oplossing voor grote arbeidstekorten anno 2024?

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

L.J. Lekkerkerk
Lid sinds 2019
Leuk dat je zo'n klassieker voor het voetlicht brengt en dan niet als het karikatuur dat ervan gemaakt is.
Misschien moeten we naar een New Scientific Management of SM 2.0 waarin het streven is om goed onderbouwde werk- en organisatiemethoden toe te passen.
Laten we wel wezen, bij gebrek aan bedrijfskundige kennis bij veel leidinggevenden wordt er eigenlijk maar wat aangeklooid en meestal is de medewerker daarvan de dupe. Denk bijvoorbeeld aan al die implementaties van zelf-X-ende teams: meestal is het 'eerstelijnsleidinggevende ontslaan en voortaan zijn jullie zelfsturend' (=zoek het samen maar uit). Terwijl we in de Moderne SocioTechniek een 'Dutch Design'-aanpak voor structuurontwerp beschikbaar hebben die in ieder geval leidt tot een structuur waarin de condities voor betekenisvolle zelfsturing worden geboden.