Op vakantie las ik een interview met Sahra Wagenknecht, een linkse Duitse politica, naar aanleiding van haar pas uitgekomen boek: ‘Reichtum ohne Gier’ (rijkdom zonder hebzucht). Haar boek hekelt de gebreken van ons kapitalistisch systeem en dan vooral de lage waardering van de factor arbeid. Eigenlijk is haar boek een pamflet voor een nieuwe economische orde.
In het interview in de Oostenrijkse krant stelt Wagenknecht dat uit haar onderzoek is gebleken dat de meeste rijken niet rijk zijn geworden door hun eigen arbeid, maar alleen door hun beschikkingsmacht over kapitaal en dat menselijke arbeid steeds minder beloond wordt. Daar moet volgens Wagenknecht verandering in komen:
“Es ist es Zeit für eine kreative, innovative Wirtschaft mit kleinteiligen Strukturen, mehr Wettbewerb und funktionierenden Märkten, statt eines Wirtschaftsfeudalismus, in dem Leistung immer weniger zählt, Herkunft und Erbe dagegen immer wichtiger werden.”
En bij de toelichting van haar boek op de Duitse website van Amazon staat:
“Mit ihrem Buch eröffnet Wagenknecht eine politische Diskussion über neue Eigentumsformen und die vergessenen Ideale der Aufklärung. Sie legt eine scharfsinnige Analyse der bestehenden Wirtschaftsordnung vor und zeigt Schritte in ein demokratisch gestaltetes Gemeinwesen, das niemandem mehr erlaubt, sich zulasten anderer zu bereichern.”
(Bewust gebruik ik de citaten in het Duits omdat haar denken typisch Rijnlands denken is.)
In ons huidige kapitalistisch systeem is op de arbeidsmarkt sprake van een ‘race-to-the bottom’. Hierdoor daalt het relatieve inkomen van mensen die alleen leven van hun arbeid. Ook uit de analyse van Thomas Piketty, beschreven in zijn boek ‘Kapitaal in de 21e eeuw’, bleek dat de kloof tussen ‘haves’ en ‘have-nots’ steeds groter wordt. In Nederland schrijft Rutger Bregman, columnist van De Correspondent, regelmatig over deze thematiek. Zoals onlangs nog in zijn column ‘Waarom de grootste uitkeringstrekker aan de top zitten (en leven op kosten van de leraar, verpleger en vuilnisman)’ en in een eerdere column ‘Waarom vuilnismannen meer verdienen dan bankiers’. Veelzeggende titels!
Toen ik (lang geleden) economie studeerde, werd in het vak Macro Economie het begrip ‘transmissiemechanisme’ behandeld. Een ‘transmissiemechanisme’ beschrijft het causale verband waardoor vanuit een actie of ontwikkeling in opeenvolgende stappen andere acties of ontwikkelingen in de economie van een land ontstaan. Een voorbeeld van een ‘transmissiemechanisme’ is: als de economie (BNP) groeit, dan stijgt de vraag naar arbeid waardoor de lonen gaan stijgen, daardoor stijgt de koopkracht en stijgen de prijzen van producten en diensten (doordat de toename van de productiecapaciteit na-ijlt) en dus ontstaat inflatie.
De ECB probeert al enkele jaren met haar monetair beleid de economieën in de Eurozone te stimuleren en daarmee de inflatie omhoog te brengen naar het gewenste peil van 2% per jaar. Tot op heden lukt dat niet. Naar mijn mening komt dat omdat de stap ‘de vraag naar arbeid stijgt waardoor de lonen gaan stijgen’ niet meer werkt in onze Europese economie! Door allerlei technologische ontwikkelingen, zoals robotisering, ICT, internet etc., is er gewoon niet genoeg betaald werk meer. (Lees hiervoor mijn eerdere artikel over de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt: ‘Het werk van de toekomst en de toekomst van werk’.) Kortom, ook als de economie groeit, betekent dat in ons achterhaald kapitalistisch systeem niet meer automatisch dat de vraag naar arbeid stijgt.
Volgens de ‘evenwichtstheorie’, een ander economische model dat niet goed meer werkt, stijgen de prijzen als de vraag stijgt of, andersom, dalen de prijzen als de vraag daalt. En dat laatste speelt nu op onze arbeidsmarkt: er is geen tekort aan arbeid, maar overvloed. Een overvloed aan beschikbare menselijke energie, aan informatie en aan reken- en denkkracht. Het aanbod van arbeid is op dit moment groter dan de vraag waardoor de beloning voor arbeid steeds verder daalt. Voor sommige beroepsgroepen zelfs tot onder het bestaansminimum.
Helaas zijn al onze huidige economische theorieën gebaseerd op schaarste en niet op overvloed en zijn de theorieën gebaseerd op het geloof in marktwerking. Willen we de nieuwe uitdagingen van onze economie het hoofd bieden, dan zullen we innovatieve economische modellen en instrumenten moeten ontwikkelen die gebaseerd zijn op fundamenteel andere uitgangspunten. Modellen en instrumenten die rechtvaardige uitkomsten mogelijk maken!
Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen?
Probeer het Pro-abonnement een maand gratis
En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.
Word een PRO