Productiviteit betekent in het normale taalgebruik "het toevoegen van iets nieuws", een “voortbrengende kracht” (Van Dale). In de economie gebruiken we het begrip productiviteit voor de mate waarin een organisatie arbeid, machines en grondstoffen om weet te zetten in omzet(1).
Tijdens de internethype aan het eind van de twintigste eeuw zeiden sommige economen dat de nieuwe revolutie in informatietechnologie er toe zou leiden dat de arbeidsproductiviteit continu zou blijven toenemen. Inmiddels weten we dat deze aanname niet klopt. Mensen kunnen niet eindeloos opgerekt worden om meer productiviteit te leveren. Bovendien is er een nieuwe ‘productiviteit’ bij gekomen, namelijk die van ‘Informatieproductiviteit’.
Naar mijn mening zal de komende jaren deze informatieproductiviteit voor organisat...
En de indicatoren die daar dan een belangrijke rol in spelen zijn: een platte organisatie, stimulerend leiderschap, geen belemmeringen en dergelijke. In het onderzoek van de studenten van de Erasmus wordt geprobeerd hier invulling aan te geven maar dat blijkt nog vreselijk lastig. Nader onderzoek is nodig en gaan we ook uitvoeren met Incentro omdat we er van overtuigd zijn dat hier een sleutel ligt naar succesvolle organisaties.
groet anja