Ouderen hebben dankzij de verhoging van de AOW-leeftijd enkele arbeidsjaren extra gekregen. Al zullen sommigen dat minder positief verwoorden. Hoe vul je deze periode passend in? Dat is de uitdaging waar organisaties en werknemers voor staan de komende jaren. Lukt het om de opgedane ervaring zodanig in te zetten, dat taken zijn afgestemd op de levensfase? Weten oudere werknemers aan te haken bij veranderingen of raken zij in het slechtste geval los van de organisatie, omdat zij krampachtig vasthouden aan het oude? In dat geval is het risico aanwezig om een blok aan het been te worden vanuit idealisatie van het verleden. Beide voorbeelden maakte ik de afgelopen tijd mee in de verhalen van twee zestigers.
‘Weet je, bij ons moesten er 40 mensen uit bij de laatste reorganisatie. In de weekenden zat ik aan spreadsheets over budgetten te werken, naast allerlei personeelsgedoe; wat me niet in de kouwe kleren ging zitten. Ik heb besloten een stapje terug te doen, van directeur naar een middenkaderfunctie. Nu coach ik mensen, wat ik geweldig vind om te doen. Daarnaast heb ik meer tijd voor mijn kwakkelende ouders en mijn kleinkind. Het is even een stap, maar ik krijg nu taken die me na aan het hart liggen. Mooi toch, dat ik mijn ervaring nu op die manier kan inzetten.’
‘Ik werk hier het langst van allemaal. Ik doe mijn werk zoals ik het altijd gewend ben te doen. Daar houd ik me aan vast. Pas vroeg iemand me of ik nog tot verandering in staat was. Ben je bereid nieuwe dingen te leren, werd me gevraagd. Die opmerking kwam binnen, raakte me en ik werd emotioneel. Ik besefte hoe hard ik aan het werk ben om te overleven in deze veranderende organisatie. De angst sloeg me om het hart. Kan ik nog wel mee? ’
Organisaties staan voor de taak om vorm te geven aan duurzame inzetbaarheid. Het eerste verhaal is een mooi voorbeeld van demotie: teruggaan uit een hogere functie naar een lagere. Letterlijk genomen is demotie het tegenovergestelde van promotie. Sommigen spreken zelfs over degradatie. Als je in termen van salaris spreekt, klopt dat meestal ook. Demotie houdt vaak een salarisverlaging in, of verlies van privileges en emolumenten. In België noemen ze deze functieverandering anders: 'verrijkt doorwerken'. Deze definitie past voor mij beter bij de werknemer in deze fase van de levensloop. Demotie biedt kansen om ervaring optimaal in te zetten en ruimte te maken voor een verschuiving in de werk-privebalans.
Naast een individuele benadering met betrekking tot de ervaren werklast speelt ook het thema werkbeleving. Het tweede voorbeeld heeft daar betrekking op. Als je als oudere werknemer je minder thuis voelt in een dynamische omgeving vraagt dat om wederzijds begrip. Als daar dan nog bij komt, dat jongeren als potentiële bedreiging van de gevestigde orde worden gezien, kan dat ontaarden in negativisme. Dat is niet prettig voor de organisatie en zeker niet voor de persoon zelf. In het ergste geval zie je werknemers verzuren. Wil je gelijk of wil je geluk, is de kernvraag in dit geval. Wil je dat op je grafsteen komt te staan: Ik kwam van rechts?
Voor organisaties ligt er een HR-taak om het gesprek aan te gaan over de wijze waarop naar een goed afscheid kan worden toegewerkt? Oudere werknemers werken langer door en dat leidt slechts tot een conclusie: werk aan de winkel.
Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen?
Probeer het Pro-abonnement een maand gratis
En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.
Word een PRO