Drie veranderingen en de gevolgen voor governance in Nederland

Cover stories

Het einde van een tijdperk?

Door een aantal maatschappelijke veranderingen naderen de dagen van het oude Rijnlandse governance model met veel nationale consensus het einde. Michel Albert, ex president van de verzekeringsmaatschappij AGF, heeft in zijn standaard boek "Capitalisme contre Capitalisme" [1991] over governance betoogd dat het Rijnlandse model zou zijn ontstaan door de solidariteit "die in de dalen tussen de bergen voer...

P. Steenbergen
Mijn reactie spitst zich toe op de uitspraken in de laatste alinea van het artikel.

Van alle stakeholders is naar mijn mening de relatie tussen de eigenaar en het dagelijks bestuur – ‘het management’ in dit verband het meest cruciaal. Terwijl in vroeger tijden eigendom en leiding zich vaak in dezelfde handen bevonden, is tegenwoordig het eigendom van de meeste (grote) organisaties verdeeld via aandelen en is de besturing in handen van ‘management’. Ondanks dat het eigendomsrecht een belangrijke pijler is in ons maatschappelijk bestel, is het met de wijze waarop een aandeelhouder dit eigendomsrecht kan uitoefenen slecht gesteld. De handelingen zijn in veel gevallen beperkt tot koop en verkoop. Van inhoudelijke bemoeienis met hetgeen in eigendom is verkregen, is slechts bij hoge uitzondering sprake.

Mogelijk mede daardoor heeft het ‘management’ zich in de afgelopen decennia ontpopt tot een welhaast autonome (sociale) groep, waarbij de veronderstelde zelfregulerende werking die uit zou gaan van openbaarheid van informatie vooralsnog weinig effect sorteert. Juist die, op de vleugels van de kritiekloze media tot mythische proporties opgeblazen, schijnbaar onaantastbare positie – hierbij speelt Amerika wel degelijk een voortrekkersrol- vergroot de aantrekkingskracht ervan, culminerend in de positie van CEO (wat dit individu niet allemaal op zijn conto krijgt bijgeschreven). One-tier of two-tier systemen zijn hierin slechts variaties op hetzelfde thema. Zelfregulering vind ik daarom een weinig realistische oplossing, want dit idee is gebaseerd op de veronderstelling dat er sprake is van een algemeen geldende moraal, waar elke bestuurder zich vervolgens aan zal houden. Beide uitgangspunten komen mij nogal naïef voor.

Mede op basis van bovenstaande krijgt de laatste opmerking van het artikel het karakter van een losse flodder. Het is geen conclusie die logischerwijs volgt uit het artikel, principes verhouden zich slecht tot voorbehouden (“...tenzij”) en het onderscheid tussen de aandeelhouders en werknemers enerzijds en management vind ik ook niet gefundeerd.
Waaruit blijkt dat het management (one-/ two tier) bewijst dat ze het ondernemingsbelang dienen en niet zichzelf?
Als we het al eens worden over het begrip ondernemingsbelang. Het artikel suggereert dat een onderneming een entiteit is, waar zowel aandeelhouders als werknemers geen onvervreemdbaar deel van uitmaken, en waarvan het belang het nastreven waard is.
Ik zie een onderneming eerder als een sociale configuratie waarin eigenaren, bestuurders en werknemers met elkaar verkeren met gedeelde en strijdige belangen. Hierbij laat ik de relatie met de externe omgeving gemakshalve buiten beschouwing.
Naast de zelfregulerende werking van de markt vraagt dit nadrukkelijk om spelregels. Spelregels waarin duidelijk is vastgelegd hoe eigenaren hun eigendomsrecht kunnen uitoefenen, hoe het arbeidsrecht de positie van werknemers bepaalt en daarmee hoe bestuurders in relatie hiertoe kunnen opereren. Ik zie daarom geen principiële bezwaren tegen vertegenwoordiging van aandeelhouders en/of werknemers in het bestuur.

Blijkens de actuele situatie biedt het bestaande recht onvoldoende mogelijkheden aandeelhouders (en werknemers) invloed uit te laten oefenen op het beleid van bestuurders, of beter: de autonomie van bestuur aan banden te leggen en daarmee hun eigen positie (en die van de onderneming?) te beschermen. De laatste ideeën van Vermeend c.s. komen hierin tegemoet. Door het gebrek aan zelfcorrigerend vermogen hebben bestuurders dit over zichzelf afgeroepen.
wendy jansen
Wat ik me afvraag is hetvolgende: Is Governance hetzelfde als besturen, als coordineren, als toezicht houden? Is het een ontwerpvariabele die eigenlijk in elke organisatie past of is het een specifieke term die meer past bij grote organisaties of netwerken?
Graag zou ik hierop reacties hebben om een duidelijker beeld te krijgen.
karel
kunt u niet gewoon kort en duidelijk antwoorden op de vraag van
wendy jansen
koen dumont
De uit de Angelsaksische wereld overgewaaide term corporate governance dekt vele ladingen, maar komt er in essentie op neer dat er een reeks spelregels gerespecteerd worden waardoor een evenwicht tussen de diverse belangengroepen in de onderneming - inzonderheid tussen aandeelhouders, bestuur en management - wordt gevonden. Via diverse technieken van behoorlijk bestuur - onafhankelijke bestuurders, een correcte taakomschrijving van de raad van bestuur, het afleggen van verantwoording door het bestuur e.d.m. - wordt ervoor gezorgd dat de onderneming bestuurd wordt in het belang van alle aandeelhouders en niet van een beperkte groep.

Lees meer op http://www.familiebedrijf.be/ onder tab 'artikels'/GOVERNANCE IN FAMILIEBEDRIJVEN: TOCH ANDERS

Meer over Corporate governance