De grote vakantie is voorbij en half Nederland heeft weer een of meerdere dagen doorgebracht in Frankrijk. Ook ondergetekende, en dat terwijl ik in 1985, na de aanslag op de Rainbow Warrior door de Franse geheime dienst het land in een onherroepelijke ban deed, enkele korte bezoeken op doorreis daargelaten. Tijd voor een hernieuwde kennismaking dus, en die beviel uitstekend. In korte tijd werden onder meer de volgende steden bezocht: Metz, Beaune, Montpellier, Carcassonne e.o., Oradour Sur Glane, Limoges, Chartres en Amiens.
Het mooie van een langdurige afwezigheid is dat je enerzijds een vaak nogal vast en afgebakend, maar verouderd, oordeel hebt over het betreffende land en anderzijds dat de verschillen tussen toen en nu waarschijnlijk zo groot zijn dat ze snel zichtbaar of merkbaar zijn. Zo ook in dit geval.
Ik herinner mij Frankrijk toch vooral een land waar chauvinisme en afstandelijkheid naar buitenlanders sterk in de cultuur verankerd zat. In Frankrijk spreek je Frans, eet je Frans, denk je Frans en als dat niet het geval was, dan werd contact maken wel heel erg lastig. Het nogal eigenzinnige optreden in de jaren zeventig tot negentig, met als dieptepunt de aanslag op de Rainbow Warrior en de atoomproeven op o.m. Moruroa deden bij mij in ieder geval de rest. Er is voor een Nederlander tenslotte genoeg ander buitenland te vinden en een Franse auto was sindsdien ook niet voor mij voorbestemd. Hoe anders kan je perceptie worden als je na lange tijd weer eens terugkeert.
Dankzij les van nonnen op de middelbare school was er nog iets van mijn vocabulaire over en in mijn beste Frans probeerde ik bij mijn eerste stop in Metz iets te bestellen. Tot mijn verbijstering kreeg ik als antwoord dat ik het ook in Engels mocht proberen. Dat men dat zelfs op prijs stelde. Zo kon men nog wat Engels oefenen, want dat was toch een belangrijke wereldtaal (na Frans uiteraard). Plots zie je daarna natuurlijk overal taalcursussen Engels aangeboden. net zoals iedereen plots een Lada blijkt te rijden als je er zelf net een hebt gekocht. En werd er bijna overal Engelse muziek gedraaid, weliswaar uit de jaren zestig, maar toch. Dit fenomeen herhaalde zich bij alle volgende haltes tijdens mijn persoonlijke Tour de France. Natuurlijk zijn er nog steeds grenzen, ook voor de Fransen. Een onlangs uitgebrachte reclame van stripheld Asterix voor hamburgerketen McDonalds wordt nog steeds als heiligschennis gezien. Voor Fransen blijft fast-food een non-food. Voor wie de Franse keuken een beetje kent natuurlijk geen verrassing, maar inmiddels staan de jongeren wel in de rij bij de diverse hamburgerketens in het land. U begrijpt, als econoom vel ik hier geen waardeoordeel over.
Wel over zaken als hygiëne. Ik herinner mij vieze toiletten en de keuken was dan wel de beste van de wereld, ik kwam vroeger altijd terug met een salmonellavergiftiging. Nu niet. Het was overal spic & span schoon en fris, van tafel tot wijn- en menukaart. En de keuken was prima...natuurlijk.
Het bijzondere aan Frankrijk zoals ik het nu zie is dat men sterk weet vast te houden aan de eigen cultuur, maar dat men toch meer open staat voor het buitenland dan ooit tevoren. Wat wil je ook. Van Noord naar Zuid en terug was het Europese vrachtverkeer overal en in enorme getale aanwezig. Vooral in Noord Frankrijk was de economische activiteit enorm. Niet in de dorpen, wel in de steden, zoals overal in Frankrijk het geval lijkt.
Trots op de geschiedenis en de eigen technische verworvenheden is overigens wel een typisch grote landen syndroom. Je krijgt al snel het idee dat alles wat ook maar enige waarde heeft uiteindelijk door een Fransman is uitgevonden. Had Neil Armstrong niet ook een Franse overgrootmoeder?
Enorm onder de indruk was ik daarnaast van het nationale monument in Oradour-Sur-Glane, een dorp dat in de Tweede Wereldoorlog totaal werd verwoest en uitgemoord door de nazi’s. Meer dan 600 bewoners vonden in een dag hier de dood. Het dorp werd volledig verwoest. De Fransen hebben het dorp, midden in Frankrijk, precies zo gelaten als het toen werd aangetroffen. Een sinister maar ook indrukwekkend eerbetoon aan de bewoners, het verzet en het lijden van de Fransen in WO II. Bijzonder is dat overal bij het monument werd gesproken over de nazi’s en niet over de Duitsers. Een subtiel maar in mijn ogen belangrijk verschil. Dan begrijp je ook waarom de Fransen en de Duitsers nu op goede voet staan. Knap en een voorbeeldfunctie voor de rest van de wereld, zeker in deze tijd.
In een tweede artikel over Frankrijk, dat binnenkort op deze site verschijnt, ga ik in op een analyse van Le Monde, die in een Hors-Serie onder de titel ‘Ou va la France’ ingaat op de ethnische, economische en sociologische vraagstukken van Frankrijk in de komende tientallen jaren. En dit weekend een recensie van een van de belangrijkste bands van Frankrijk, Indochine, die onlangs als eerste Franse groep het Stade de France uitverkocht en a.s. zaterdag optreedt in Luxemburg.
CyberSale, 50% korting op een Pro-abonnement
Verbeter je persoonlijke effectiviteit en managementvaardigheden. Begin het jaar goed en krijg toegang tot toepassingsgerichte kennis.
Upgrade uw gratis lidmaatschap, word een Pro