In de afgelopen maanden is op deze website een reeks van vier artikelen verschenen over de sterkten en zwakten van management concepten. Deze publicaties worden nog steeds zeer goed gelezen en hebben ook veel reactie uitgelokt. In dit laatste artikel in de reeks wil ik nog kort ingaan op enkele trends die zichtbaar zijn in de markt. Waar blijft het nieuwe grote idee? Welke trends zijn zichtbaar in de markt van de management literatuur. Waar blijft de nieuwe goeroe?
Is uw kaas ook al gepikt? Laat u uw baard al staan? Bent u al een rat? Heeft u uw parachute bij u? U begrijpt, deze vragen zijn verwijzingen naar managementboeken die de afgelopen jaren veel succes hebben gehad. Van zware modellen of theoretische verhandelingen is in deze boeken geen sprake. Eerder van eigen ervaringen van de auteurs, die op prettig leesbare wijze zijn verwerkt in een boekje. Overigens vaak geschreven door ghostwriters.
Kenmerkende elementen in de management literatuur van de laatste jaren vind ik de trend om te versimpelen. Maak het niet te moeilijk, beperk je tot een thema, schrijf een dun boekje en klaar is Kees. Zo sprak ik een succesvol management auteur die mij verzekerde dat het succes van zijn boeken omgekeerd evenredig was aan de dikte en complexiteit ervan. Zijn dikste en meest inhoudelijke boek had nauwelijks succes gekend, zijn dunste en simpelste was een bestseller geworden.
Ook kenmerkend vind ik de toonzetting van de huidige succes boeken. Waar in de jaren tachtig de toon eerder zwaarder dan lichter leek te worden en er toch vooral diepgaand over de materie moest kunnen worden gedebatteerd, lijkt nu de trend omgekeerd. Lekkere, vlotte voorbeelden uit de praktijk, smeuïg gebracht in een leuk verpakking. Dat volstaat. Laat zien dat je succes hebt gehad en durf erover te schrijven, lijkt het motto.
Het managementboek van het jaar 'En nu laat ik mijn baard staan?' van Leen Zevenbergen is een voorbeeld van een dergelijke aanpak. Niet te ingewikkeld doen, verhalen uit de praktijk, niet te complexe oplossingen, een beetje creativiteit en het direkt aanspreken van de lezer zijn kenmerkende elementen van dit boek. In veel opzichten verfrissend. In het boek lezen we over de successen van Leen Zevenbergen, ondernemer en volgens flaptekst 'great communicator'. Het boek is kleurig en wild uitgegeven. Dat is redelijk nieuw in de uitgeef wereld. Toen ik mijn boek 'Sabbatsverlof' in 1999 uitgaf, schreef Elsevier hierover een artikel over twee kolommen, dat vooral inging op het feit dat de cover van het boek veel te vrolijk was en ook nog eens uitgegeven met zilveren rand, toe maar. Tijden veranderen, gelukkig maar, want bij het boek van Zevenbergen heeft de vormgever zich flink kunnen uitleven.
Dat het individualisme daarentegen nog steeds hoogtij viert blijkt ook uit Zevenbergen's epos. Het is behoorlijk op de eigen borstklopperig en de interventies van Zevenbergen en zijn team lijken altijd uit te draaien op enorme successen bij een veelheid aan grote en kleine klanten. Zijn missers worden wel aangestipt, maar daarover lees je helaas beduidend minder. Het is verenigbaar met wat in de eerdere artikelen is geschreven over Amerikaanse succes literatuur. Natuurlijk gaat Leen met zijn klanten golfen in Schotland, en natuurlijk trekt hij zich ook terug in Frankrijk om te filosoferen over de zin van het leven. Dat maakt ook dat na enige tijd dit soort boeken weer gaat tegenstaan. Moeten we nu allemaal gaan 'Leen Zevenbergen'? In plaats van concepten en modellen krijgen wel rol voorbeelden aangeboden die een garantie voor succes lijken te zijn. Vraag is of ze dat ook zijn, of dat vooral de 'great communicator' hier een dikke vinger in de pap heeft gehad.
In ieder geval lijkt de management literatuur is de laatste jaren een stuk lichter van toonzetting geworden. Studeerkamer literatuur wordt meer en meer vervangen door ervaringsdeskundigen, zakenlui, managers en ondernemers die de lezers op een prettig leesbare wijze wat tips aan de hand doen. Vorm (titel, vormgeving) is daarbij van groot belang. Liever een lekker bekkende titel als 'Wie heeft mijn kaas gepikt' dan bijvoorbeeld een titel als 'Organisatie modellen en -structuren als metamodel'.
Toch blijft de zoektocht naar een nieuwe aanpak die fundamenteel en goed onderbouwd de managementwereld op zijn kop kan zetten. Tot die nieuwe 'In search of excellence' is verschenen, kunnen we in ieder geval genieten van management lectuur met goed in het gehoor liggende titels. Bent u al bezig? Is 'Wie heeft in mijn koffertje gekeken' misschien een inspirerende werktitel?
CyberSale, 50% korting op een Pro-abonnement
Verbeter je persoonlijke effectiviteit en managementvaardigheden. Begin het jaar goed en krijg toegang tot toepassingsgerichte kennis.
Upgrade uw gratis lidmaatschap, word een Pro
Jorrit
helemaal mee eens, ik heb ook geprobeerd dat in het artikel te verworden door te stellen dat de auteur van 'En nu laat ik mijn baard staan'alleen dieper in lijkt te gaan op zijn successen en niet op zijn fouten. wellicht heb ik dat te subtiel beschreven, maar het was zeker wel de bedoeling het zo neer te zetten,
vg
Gyuri
Een heel terrein vormt leiderschap. Leiderschap draait om de koers die we varen. Is wat we doen nog wel goed genoeg? En zo nee, hoe zorgen we er dan voor dat we veranderen? Leiderschap is de kunst van het inspireren van mensen, zodanig dat de drang om te veranderen uit mensen zélf komt. Authenticiteit, visie, verantwoordelijkheid en dienstbaarheid zijn daarbij belangrijke begrippen. Opvallend genoeg hebben de grote namen op het gebied van leiderschap - zoals Covey, Kotter en Bennis - dezelfde boodschap. Kijk bijvoorbeeld eens naar het volgende filmpje van John Kotter: http://www.ouricebergismelting.com/html/seminar_leadingchange.html. Het bespaart je een duur seminar en het lezen van een goed boek.
http://www.echtleiderschap.nl
“Opvallend genoeg hebben de grote namen op het gebied van leiderschap - zoals Covey, Kotter en Bennis - dezelfde boodschap.”
En opvallend(?) genoeg, zijn het alle drie mannen.
En bovengenoemde boeken ook; ook van mannen.
Het concept ‘werken’ is volledig op het mannelijke model gebaseerd. Elk boek dat uit dat model komt, wordt wel gekocht, want er is altijd wel iemand die zich daarin herkent. Daarbij worden die namen overal nog eens flink gelinkt ook, en dus lijkt het al snel dat iemand een autoriteit is. Tja.
Ik kan me nog herinneren dat het boek ‘Hoe wordt ik een rat’ door een aantal mannen werd aangeprezen. Dat was ‘oei!’smullen.
Ik enthousiast eraan begonnen. Nou zeg, wat een tegenvaller. Alsof dat spannend is wat daar geschreven wordt? Alsof dat ‘oei’ is. Zegt voor mij alleen maar iets over de braafheid van de mensen die dat ‘oei’ vinden. Wel interessant te weten, of vooral mannen of vrouwen dat boek nou zo leuk vonden. Ik gok op mannen. Vrouwen denken volgens mij vooral ‘Nou zeg, what’s new’.
Wat mannen allemaal schrijven, is voortgekomen uit het mannelijke model. Ook de verlossing van dat model (de feelgood management boeken) komen per saldo nog steeds voort uit dat mannelijke model. ‘iets los laten’ is dan ook vanuit een mannelijke perspectief beschreven. ‘Redding’ van verstarde modellen wordt dan te lijf gegaan met het mannelijke ‘laat los’. http://www.thefemininetouch.nl/index.php?pag=artikel&art_id=97&tel=150
Een heel NIEUW model, ligt in vrouwen opgeslagen. Dat is niet genetisch, maar heeft te maken met hetgeen vrouwen WEL doorleefd hebben, en mannen niet. De emancipatie.
http://www.vantrietcoaching.nl/index.php?par_id=90&tel=0
De nieuwe goeroe kan alleen maar vrouw zijn.
Elke andere goeroe die nu nog de hoogte in wordt geërecteerd, is alleen maar uitstel van executie. Is alleen maar weer iemand uit het huidige systeem omhoog pimpen.
De nieuwe goeroe kan alleen maar vrouw zijn.
En een vrouwelijke goeroe doet/krijgt iets heel anders dan een mannelijke goeroe……