Het verbeteren van een organisatie vindt vaak plaats middels een reorganisatie. Dit levert vaak niet het gewenste resultaat op. De reden daarvan is dat men de organisatie, processen en procedures aanpakt, maar niet de alledaagse interactiepatronen.
In deze column beschrijf ik een casus waarin een “Continue verbetering” concept niet als een nieuw en op zichzelf staand proces werd ingevoerd maar als een gedragsverandering in een bestaande context en organisatie.
De casus betreft een verandertraject bij Vionq. Vionq is een AFAS Consultancy Partner. Het bedrijf is sterk groeiende en zag de noodzaak een stap te maken om met deze groei om te kunnen gaan. Het traject startte met een workshop.
De workshop bij Vionq was voorbereid door gesprekken met de tweehoofdige leiding. Zij presenteerden op de...
Daar komt bij dat men vaak een reorganisatie begint door mensen de stuipen op het lijf te jagen en dan denkt door kletsen dat te verbeteren. Kijk naar het brein. Dat bestaat grofweg uit drie delen: het "reptilian brain", het "mammalian brain" en de neocortex. Je kunt mensen wel overtuigen door nieuwe inzichten (neocortex) en met hen werken aan communicatie en emotie (mammalian brain), maar dat haalt weinig uit als je niet wat doet aan de "fight/fright" reactie uit het "reptilian brain". Met andere woorden, er zijn organisaties waar ze medewerkers aan de rand van de afgrond zetten en dan vragen "zie je wat de leiding voor mooie horizon biedt?". Die persoon zal misschien meekletsen (conferentie-oorden bestaan er van), maar denkt toch maar aan één ding: niet in de afgrond vallen.