Opleiding: Microsoft Fabric Data Engineer (DP-700)

Algemene omschrijving Microsoft Fabric Data Engineer (DP-700)

In de training Microsoft Fabric Data Engineer (DP-700) krijg jij een diepgaande en praktijkgerichte leerervaring in het ontwerpen, implementeren en beheren van dataoplossingen met Microsoft Fabric. Je zult leren hoe jij dataflows, pijplijnen, real-time eventstreams en lakehouses kunt benutten voor schaalbare analyses en efficiënte gegevensverwerking.

Door de DP-700 training te volgen zul jij je verdiepen in de medallion-architectuur, waarmee je databeheer kunt optimaliseren en analyses versnellen. Daarnaast zul je leren hoe jij toegang tot data kunt beveiligen en hoe jij een betrouwbare dataomgeving kunt beheren. Met de DP-700 training krijg jij alle technieken en hulpmiddelen in handen om end-to-end data-engineering oplossingen te ontwikkelen binnen Microsoft Fabric.

Verder bevat de DP-700 cursus theorie en praktische labopdrachten, dit stelt jou in staat om krachtige en schaalbare dataoplossingen te ontwikkelen en te beheren binnen jouw organisatie. Bovendien biedt de DP-700 training jou de gelegenheid om je optimaal voor te bereiden op het DP-700 examen, waarmee je de DP-700 certificering Microsoft Certified: Fabric Data Engineer Associate kunt behalen.

Let op: Er is geen examenvoucher inbegrepen bij de DP-700 training.

Doelgroep voor de DP-700 Training

De DP-700 training is geschikt voor professionals die zich willen specialiseren in data engineering met behulp van Microsoft Fabric. Dit betreft met name data engineers die dataplatformen ontwerpen, implementeren en beheren binnen Microsoft Fabric en geavanceerde technieken willen leren voor dataflows, pipelines (pijplijnen), lakehouses en real-time eventstreams.

Leerdoelen DP-700

Door de DP-700 training te volgen zul je de volgende kennis en vaardigheden verkrijgen:

• Gegevens opnemen en transformeren met Dataflows Gen2 binnen Microsoft Fabric.
• Gegevenspijplijnen creëren en monitoren voor efficiënte orkestratie.
• Tijdsgetrouwe gebeurtenisgegevens vastleggen, analyseren en visualiseren met Eventstreams.
• Lakehouses creëren en gegevens opvragen met Spark en SQL.
• Medallion-architectuur implementeren voor gestructureerd databeheer.
• Gegevensbeveiliging toepassen en machtigingen beheren binnen Microsoft Fabric.
• Tijdsgetrouwe dashboards ontwikkelen voor direct toepasbare inzichten.
• CI/CD-processen automatiseren en activiteiten monitoren door middel van Monitoring Hub.

Voorkennis

Voordat je deelneemt aan de DP-700 training, raden wij aan dat jij beschikt over de volgende kennis en vaardigheden:

• Ervaring met data-analyse.
• Kennis van databases.
• Vertrouwdheid met clouddiensten, zoals Microsoft Azure.

Onderwerpen DP-700

DP-700| Module 1: Een datawarehouse implementeren met Microsoft Fabric

• Aan de slag met datawarehouses in Microsoft Fabric.
  • Beschrijving van datawarehouses in Fabric.
  • Inzicht in het verschil tussen een datawarehouse en een data Lakehouse.
  • Werken met datawarehouses in Fabric.
  • Feittabellen en dimensies binnen een datawarehouse maken en beheren.

Lab: Gegevens analyseren in een datawarehouse

• Gegevens laden in een Microsoft Fabric datawarehouse.
  • Strategieën voor het laden van gegevens in een datawarehouse in Microsoft Fabric.
  • Een gegevenspijplijn bouwen om een datawarehouse in Microsoft Fabric te laden.
  • Gegevens laden in een datawarehouse met behulp van T-SQL.
  • Gegevens laden en transformeren met dataflow (Gen 2).

Lab: Gegevens laden in een datawarehouse in Microsoft Fabric

• Een datawarehouse in Microsoft Fabric bevragen.
  • SQL-query-editor gebruiken om een datawarehouse te bevragen.
  • De werking van de visuele query-editor verkennen.
  • Verbinding maken met en query’s uitvoeren op een datawarehouse met SQL Server Management Studio.

Lab: Een datawarehouse bevragen in Microsoft Fabric

• Een Microsoft Fabric datawarehouse monitoren.
  • Capaciteitsgebruik monitoren met de Microsoft Fabric Capacity Metrics-app.
  • Huidige activiteiten in het datawarehouse monitoren met dynamische beheerviews.
  • Querytrends monitoren met query-inzichten.

Lab: Een datawarehouse monitoren in Microsoft Fabric

• Een Microsoft Fabric datawarehouse beveiligen.
  • Principes van het beveiligen van een datawarehouse in Microsoft Fabric begrijpen.
  • Gevoelige informatie afschermen met dynamische gegevenmaskering.
  • Rij-niveau beveiliging configureren voor gedetailleerde toegangscontrole.
  • Kolom-niveau beveiliging implementeren om gevoelige gegevens te beschermen.
  • Gedetailleerde machtigingen configureren met T-SQL.

Lab: Een datawarehouse beveiligen in Microsoft Fabric

DP-700| Module 2: Gegevens opnemen met Microsoft Fabric

• Gegevens opnemen met Dataflows Gen2 in Microsoft Fabric.
  • De mogelijkheden van Dataflows in Microsoft Fabric beschrijven.
  • Dataflow-oplossingen maken om gegevens op te nemen en te transformeren.
  • Een Dataflow opnemen in een pijplijn.

Lab: Een Dataflow Gen2 maken en gebruiken in Microsoft Fabric

• Processen en gegevensbeweging orkestreren met Microsoft Fabric.
  • Pijplijnmogelijkheden in Microsoft Fabric beschrijven.
  • De activiteit "Gegevens kopiëren" gebruiken in een pijplijn.
  • Pijplijnen maken op basis van vooraf gedefinieerde sjablonen.
  • Pijplijnen uitvoeren en monitoren.

Lab: Gegevens opnemen met een pijplijn

• Aan de slag met Real-Time Intelligence in Microsoft Fabric.
  • Microsoft Fabric biedt Real-Time Intelligence mogelijkheden waarmee je realtime stroomgegevens kunt vastleggen, analyseren, visualiseren en verwerken.

Lab: Real-Time Intelligence in Fabric verkennen

• Realtime eventstreams gebruiken in Microsoft Fabric.
  • Bronnen en bestemmingen instellen in Microsoft Fabric Eventstreams.
  • Gegevens vastleggen, transformeren en routeren met Microsoft Fabric Eventstreams.

Lab: Realtime gegevens opnemen met Eventstream in Microsoft Fabric

• Werken met realtime gegevens in een Microsoft Fabric eventhouse.
  • Een eventhouse maken in Microsoft Fabric.
  • Realtime gegevens bevragen met behulp van Kusto Query Language (KQL).
  • Materiële weergaven en opgeslagen functies maken in een KQL-database.

Lab: Werken met gegevens in een Microsoft Fabric eventhouse

DP-700| Module 3: Een Lakehouse implementeren met Microsoft Fabric

• Inleiding tot end-to-end analytics met Microsoft Fabric.
  • End-to-end analytics in Microsoft Fabric beschrijven.
• Aan de slag met Lakehouses in Microsoft Fabric
  • Kernfuncties en mogelijkheden van Lakehouses in Microsoft Fabric beschrijven.
  • Een Lakehouse maken.
  • Gegevens opnemen in bestanden en tabellen binnen een Lakehouse.
  • Lakehouse-tabellen bevragen met SQL.

Lab: Een Microsoft Fabric Lakehouse maken

• Apache Spark gebruiken in Microsoft Fabric.
  • Spark configureren in een Microsoft Fabric-werkruimte.
  • Geschikte scenario’s voor Spark-notebooks en Spark-taken identificeren.
  • Spark-dataframes gebruiken om gegevens te analyseren en te transformeren.
  • Spark SQL gebruiken om gegevens in tabellen en weergaven te bevragen.
  • Gegevens visualiseren in een Spark-notebook.

Lab: Gegevens analyseren met Apache Spark

• Delta Lake-tabellen gebruiken in Microsoft Fabric.
  • Delta Lake en delta-tabellen in Microsoft Fabric begrijpen.
  • Delta-tabellen maken en beheren met Spark.
  • Delta-tabellen optimaliseren.
  • Spark gebruiken om gegevens in delta-tabellen te bevragen en te transformeren.
  • Delta-tabellen gebruiken met Spark Structured Streaming.

Lab: Delta-tabellen gebruiken in Apache Spark

DP-700| Module 4: Real-Time Intelligence implementeren met Microsoft Fabric

• Realtime dashboards maken met Microsoft Fabric.
  • Een realtime dashboard maken in Microsoft Fabric.
  • Geavanceerde functies van realtime dashboards gebruiken.
  • Best practices voor realtime dashboards toepassen.

Lab: Aan de slag met realtime dashboards

DP-700| Module 5: Een Microsoft Fabric-omgeving beheren

• Continue integratie en continue levering (CI/CD) implementeren in Microsoft Fabric.
  • CI/CD definiëren en beschrijven hoe dit in Fabric wordt geïmplementeerd.
  • Versiebeheer en Git-integratie implementeren.
  • Implementatiepijplijnen gebruiken om het implementatieproces te automatiseren.

Lab: Implementatiepijplijnen implementeren in Microsoft Fabric

• Activiteiten in Microsoft Fabric monitoren.
  • Monitoringsconcepten toepassen in Microsoft Fabric.
  • Monitoring Hub gebruiken in Microsoft Fabric.
  • Acties activeren met Activator in Microsoft Fabric.

Lab: Fabric-activiteit monitoren in de Monitoring Hub

• Gegevensbeveiliging in Microsoft Fabric beheren.
  • Het machtigingsmodel in Microsoft Fabric beschrijven.
  • Werkruimte- en itemmachtigingen configureren.
  • Gedetailleerde machtigingen toepassen.