Kent u ze ook? Die snelle managers die je tegenwoordig overal bij de overheid ziet verschijnen? Ze hoppen van ministerie naar ministerie; van volkshuisvesting naar gezondheidszorg, van verkeer naar cultuur. Ze afficheren zichzelf als een frisse wind, die door de bedompte vertrekken van het beleidsterrein jaagt. Zij vormen het ambtelijk boegbeeld van een terrein dat ze niet kennen. Maar kennis is niet belangrijk. Kennis is een contra-indicatie.
Wie zijn ze toch, die nieuwe managers? Ze lijken op elkaar. Ze hebben zelden een opvallende eigenschap of zwakte, en ze spreken moderne managerstaal. Ze zijn behoorlijk slim. Hun bureau is leeg. Hun gedachtewereld is overzichtelijk. Ze hebben meestal een onverwoestbaar goed humeur. Ze hebben hun opvattingen uit hun hoofd geleerd.
De nieuwe managers h...
Overigens is de gedachte van een caroussel heel zinnig als je eilandjes vorming wilt voorkomen. Het moet zoals gewoonlijk wel gehanteerd worden en niet losgelaten.
Welke oplossing zie jij voor de tekortkoming, dat managers bij de overheid nooit leren om van hun vakgebied te houden?
Overigens geeft het systeem natuurlijk zelf aan, dat de inhoud minder belangrijk is, want:
- ze spreekt managers niet aan op kwalitatief minder werk;
- ze beloont managers die regelmatig van functie en ministerie wisselen;
- politici herkennen zichzelf in de nieuwe manager en voelen zich daarmee vertrouwd;
- klokkenluiders worden gehekeld en ontslagen;
- en ik ben er vast nog een paar vergeten.