Veel jonge leidinggevenden hebben diep in hun hart last van laag opgeleide medewerkers. Ze vinden hun gedrag erg negatief en vragen zich af hoe je dat kunt beïnvloeden. Ze weten het eigenlijk niet. En willen het misschien ook wel niet weten. En dat stralen ze ook uit. Er was een paar decennia geleden al iemand die zich bezig hield met lager opgeleide doelgroepen.
In operationele processen kom je nogal eens laag- en ongeschoold personeel tegen. Nu zegt dat niet altijd iets. Ik ken mensen die geen diploma hebben, een baantje hebben in een productieproces, maar handelen in huizen, avond aan avond optreden in een band, handel in spijkerbroeken drijven via internet en laatst sprak ik zelfs een boekvertaler die een eenvoudige rol had in het logistieke proces van een grote organisatie.
‘Moeten dergelijke mensen getraind of gecoacht worden?’ vroeg iemand onlangs ‘Of gewoon maar laten gaan?’
Er is iemand die zich een paar decennia geleden bezig hield met training van laag opgeleide doelgroepen. Paolo Freire. Wat hem opviel was dat veel arbeiders een negatieve associatie hadden bij opleiding. School was een drama geweest voor veel van hen. Wat maakten ze dan mee?
Slechte resultaten. Uitgelachen worden door de rest van de klas wanneer ze een antwoord gaven op een vraag die ging over een onderwerp dat ze niet snapten. Uren blokken op sommen en taalopgaves met als enig resultaat een openlijke reprimande van de onderwijzer. Sowieso mikpunt zijn van onderwijzersspot.
Het laat zich raden dat deze mensen later niet bepaald gemakkelijk in de omgang worden. In trainingen springen ze eruit door dwarsheid en afleidingstactieken. Bij veranderingen reageren ze vergelijkbaar. Ze zijn gewend als negatieveling te worden ervaren, en koesteren die rol soms.
Wat moet je ermee? Freire wees erop dat je deze mensen vooral een goed gevoel moet geven over hun bijdrage: ze willen zich net als ieder mens nuttig voelen. Schrijf ze de wet niet voor, maar laat ze zelf invulling geven. Neem ze serieus en durf de discussie aan te gaan. Schrik niet teveel van openlijke aanvallen op organisatie of jezelf. Schrik niet van het bargoens, waarmee ze zich soms menen te moeten onderscheidden. Vertrouw ze! Iemand die gewend is aan minachting zal daar gevoelig voor zijn. Veel complimenten geven, maar ook eerlijk durven zijn over slechte prestaties.
De benadering lijkt wat idealistisch maar het alternatief zal meer weerstand oproepen. Het omgaan met lager geschoolde doelgroepen vergt een speciale benadering. Respect staat centraal.
Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen?
Probeer het Pro-abonnement een maand gratis
En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.
Word een PRO
Er speelt echter 1 'probleem' in deze case. De laag opgeleiden worden vaak aangestuurd door laag opgeleide leiders. Dus hoe uit dit probleem zich daar? Mijn ervaring in eze combinatie is sterk sociaal of sterk hiërarchisch leiderschap. We zijn vrienden of IK ben je baas. Er is geen tussenweg, zwart-wit en zonder nuance.
Opleiding speelt ook een ondergeschikte rol in deze. Deze manager moet met de troepen, door de troepen, voor de troepen de leider zijn. Ik noem dat professionele betrokkenheid; geen maatje, geen baas, maar een echte leider. Een die in staat is om tegenover ieder mens het leiderschap te tonen dat die persoon nodig heeft. En tot nu toe ken geen opleiding die leiders/leiderschap creëert.
"Een die in staat is om tegenover ieder mens het leiderschap te tonen dat die persoon nodig heeft." Ik ben benieuwd of iemand het daar mee oneens is?
Dat is misschien wel de grootste maar belangrijkste uidaging; optimaliseren, optimaliseren en nog eens optimaliseren. Ook in irrationele zin, in de omgang met individuen, is optimaliseren, naar mijn mening, essentieel. Maar dat is niet makkelijk............
Helaas kan ik het niet helemaal met je eens zijn. Je kent een typische managementtaak - optimaliseren - toe aan leiders. Die worden daar erg ongelukkig van, optimaliserend voorwaarts. Dat is niet hun ding. Leiders pakken in een keer door omdat ze de gave hebben niet alleen mensen te richten (en vooral in de zin van richting geven) maar ook om een soort 'doorkijkje' te maken naar de toekomst om zodoende te kunnen bepalen wat echt nodig is binnen hun invloedsgebied. En deze is wat gewaagd; De echte leider gaat niet zo maar buiten dit invloedsgebied hoe hoog hij/zij zich ook betrokken voelt met al hetgeen daar speelt.
Overigens denk ik dat respect en het geven van vertrouwen twee basis elementen zijn om 'weerbarstigen' (theorie: weerbarstigheid is rechtevenredig met betrokkenheid waar op onhandige manier uiting aan wordt gegeven) van de werkvloer mee te krijgen in veranderingen. Vooral ook in het bedenken van het hoe. Alleen al om de simpele reden dat hun dagelijkse praktijk hun werkterrein is.
Het gaat hier overigens niet primair over leiderschap, maar over commitment en motivatie van de werkvloer. Wat voor mensen wil je, ongeacht je voorkeur voor welke leiderschapsstijl dan ook? Wil je passievelingen, of actieve mensen die meedenken en zo je proces helpen optimaliseren?
Binnen deze groep zit zeker ook potentie, medewerkers die veel meer kunnen dan alleen het werk wat ze nu doen (pennigmeester voetbalclub, voorzitter ouderraad, eigen import bedrijf in tapijten). Zie ook het betoog van Bas bij een van de andere onderwerpen (HRM in de lijn dacht ik).
Wel heb ik in de praktijk gemerkt dat sturing nodig is. Wat een aantal nodig heeft is een veilige speelomgeving om het nieuwe uit te proberen. De kaders van deze speelomgeving moet echter wel neergezet worden, anders blijft men spelen (is veel leuker dan werken).
Hierarchisch dus sterk neerzetten wat de kaders zijn, maar daarbinnen wel ruimte om te spelen. Wat ook helpt is een doelstelling bij het spelen, bijvoorbeeld: we krijgen nu een uur de tijd om machine x uit te testen en ik verwacht een overzicht van voor- / nadelen van deze machine.
Ik vind dat je iets moois zegt: ' een veilige speelomgeving'. Met sturing. Opdat men niet elkaar het zand in de ogen gaat gooien. En er geen janboel van maakt!
In de organisatiekunde, de wereld van de Taylors, Fayols, Mintzbergs en noem ze maar op, gaat men in op de beelden die werkgevers van hun werknemers hebben door de eeuwen heen. Zo'n 150 jaar geleden was het een en al achterdocht. En mensen gingen zich daar dan weer naar gedragen. Want zo werkt het ook.
De uitdaging ligt in een opleidingsvorm die past bij de mensen, die ze daadwerkelijk leuk vinden, maar waar binnen de kaders en wensen duidelijk zijn. Aanbodsgericht leren helpt dan niet; je zult moeten durven kijken naar de werkelijke opleidingsvraag in hun alledaagse werkelijkheid. Binnen de beleidskaders!
Heel vaak worden "laag opgeleiden" aangestuurd(!) door managers die niet capabel zijn, doordat ze op inhoud blijven steken en de professionals niet optimaal faciliteren.
Groeten uit Eijsden,
Patrick Spits
Bert, "in" voor naam verandering ? Jonge managers of .....
What's in the name?
Men heeft het ook wel over 'die ouwe baas', waarmee men niets onaangenaams bedoelt. Dus we laten de naam maar even zo. Bovendien ' bekt' jongebazen lekker.
Nu is 'leren' zeker ook een modewoord, dus wat bedoel ik er hier nu precies mee? Welnu, heel praktisch dat mensen qua kennis, houding en vaardigheden goed toegerust worden voor hun functie. Als iemand niet lekker draait, bied je hem als organisatie eerst de mogelijkheid zich te verbeteren. Ik zal hier niet verder in gaan op het hoe, maar het lijkt mij uiterst interessant om vorm te geven met bedrijven aan effectieve opleidingstrajecten voor hun mensen. Daar voel ik zelfs passie.
Ik denk dat je het beste kennis overbrengt bij degene waarvan je wenst dat hij of zij meer kennis moet opdoen, door te bevestigen en te complimenteren (misschien wel wat overdreven complimenteren)over hetgeen hij of zij gepresteerd heeft. Ook al is dat van hele kleine waarde of bijdrage. dan gaan "ze" groeien en snappen het spel.
Bedankt voor je toevoeging!
Bert,
voor wat betreft het interessanter maken van leren voor iedereen. Een paradigmawisseling is nodig. LEREN concentreren is één van de voornaamste leerdoelen!
Het gaat erom erachter te komen wat de overtuigingen van mensen zijn. Insteken op overtuigingsniveau (Blanchard) is hetzelfde als eerst zaaien en vervolgens naar veel zon, wat regen en veel geduld, oogsten.
In de praktijk wordt echter teveel ingestoken op vaardigheidsniveau en wordt de mens onbewust niet gerespecteerd.
Groeten uit Eijsden,
Patrick Spits
Baas is een duidelijkere en meer krachtige term. Baas betekent, voor mij, (in)formeel gezien niet veel meer dan manager/leider. Met baas wordt dan vaak dezelfde persoon bedoelt als de manager maar met een andere lading. Nu weer verder met de eigenlijke discussie.
Overdreven complimenteren lijkt mij niet genoeg. Het moet vooral oprecht zijn en reeel in de ogen van degene die de complimenten krijgt. Noem het gepast complimenteren. Van alleen complimenteren op zich groeien mensen niet.
Patrick, willen mensen zich niet gewoon competent voelen? Dan heb je het uiteindelijk over vaardigheden. Op vaardigheidsniveaus is het mogelijk om de mensen te blijven respecteren. Mensen moeten er wel van overtuigd zijn dat ze leren wat ze willen leren en dat bedoel jij volgens mij. Waar ik met je meega is het respecteren van mensen, dat is essentieel. Overtuigingsniveau (of passie) EN vaardigheidsniveau moeten, wat mij betreft, worden gecombineerd.........