'Het hoofdkantoor van De Reis was gevestigd in een laat 19e eeuws pand bij de Rijn in de buurt van Arnhem. Het was een groot pand met 3 verdiepingen en een zolder en 5 grote kamers per verdieping. Alleen de zolder had er 3. In de tijd dat de kantoren en het aantal medewerkers groot moesten zijn om te laten zien dat je succesvol was, zat alleen De Reis in het pand. Nu verhuurde de opleidingsspecialist de eerste en tweede verdieping en een van de ruimtes op de zolder; zelf zat de organisatie op de derde verdieping.'
Het dertiende en veertiende deel van dit feuilleton. Organisatietrainer Job Steenstra geeft een training op de Learning Lane, maar het zit allemaal niet mee. Hij is vrij laat, de techniek laat hem in de steek, er is een opdringerige collega en hij krijgt maar moeilijk verbinding met de deelnemers. Hij is de zestig voorbij en neemt van alles aan over de wereld om hem heen, hoe zeer hij beseft dat een trainer dat niet zou moeten doen. En dan is er ook nog een co-trainster, Ada, die in zijn allergie zit...en deelnemers die zich niet veilig voelen...of doen ze maar alsof? In het voorstelrondje probeert hij de situatie onder controle te krijgen, maar ja, ook de groepsdynamiek werkt niet helemaal mee...
Hoewel De Reis enorm gegroeid was de laatste jaren, had ze steeds minder ruimte nodig; geheel in de lijn van de mode van de laatste jaren om assets af te stoten. In corona-tijden hadden Teams en Zoom en daarmee het thuiswerken een vlucht genomen, al had het zich nadien minder voortvarend doorgezet dan verwacht.
In één van de kamers zat de 52-jarige opleidingskundige Charlotte en de 25-jarige ondersteuner Karlijn. Zij onderhielden het contact met deelnemers en trainers en planden locaties, groepen en trainers.
‘Oh jee, Charlotte’ verzuchtte Karlijn ‘Het gaat geloof ik niet zo goed aan de Learning Lane.’
‘Dat verwondert me niet. Hoewel…’
Ze keek op haar horloge.
‘Zo vroeg had ik dit niet verwacht.’
‘Wil je ze even lezen?’
‘Nou, liever straks. Ik ben nu even heel druk en je werkt hier trouwens lang genoeg om dingen zelf aan te pakken. Dea heeft tegenwoordig 2 mammadagen per week…’
Ze onderbrak zichzelf.
‘…wat natuurlijk een belachelijke benaming is. Ze is 51 en heeft het meisje geadopteerd, dan moeten we het gewoon geen mammadag noemen. Dat zal ik natuurlijk nooit tegen haar zeggen en dat moet jij dus ook niet doen. Het is nobel, hoor, wat ze doet, en begrijp me niet verkeerd, ze is een geweldige collega, maar het is toch wel een risico om nog een kind te adopteren als je zo oud bent. Stel je voor. Zo meteen is dat kind 30 en trouwt het en vragen de gasten: wie is dat oude mens dat daar zit te dommelen? Oh, dat is mijn moeder. Mensen denken echt te weinig na.’
Karlijn keek ondertussen ongerust op haar telefoon.
‘Misschien moet je toch even kijken, Charlotte.’
Charlotte zuchtte en mompelde dat de generatie van Karlijn veel te veel op oudere generaties leunde.
‘Dat woont maar bij hun ouders tot hun 30e. Jouw generatie heeft moeite om de regie te nemen over het eigen leven.’
Ze keek Carlijn niet echt aan.
‘En ondertussen maar mopperen op de boomers. Nou, kom, wat heeft er zoveel haast?’
Carlijn gaf haar telefoon aan Charlotte, die hem met enige tegenzin aannam.
‘Lees jij altijd je mailtjes op de telefoon?’
Carlijn knikte, terwijl Charlotte haar zwarte leesbril opzette; een modern soort vlinderbril van Tom Ford.
‘Ik hou ervan in beweging te zijn, en dan is het gewoon wel handig om alles op je telefoon te bekijken.’
‘Ach ja, je bent nog jong. Dan leest het gewoon wat makkelijker. Op mijn leeftijd wordt alles minder. En neem van mij aan dat de zwaartekracht spreekt.’
Ze las de mailtjes, terwijl ze een slok van haar cappuccino nam. Gedurende het lezen verdween de frons en gingen haar wenkbrauwen in plaats van omlaag omhoog. De lijnen op haar voorhoofd werden horizontaal en haar mond ging een beetje open.
‘Zo zo, Job Steenstra, dus jij hebt moeite met onze Ada. Dat had ik eigenlijk niet verwacht’, mompelde ze.
‘Ja, dat verwondert mij ook. Vanmorgen belde hij er al over. Geïrriteerd.’
‘En waarom heb je dat niet gezegd?’ vroeg Charlotte.
‘Ik dacht dat het opgelost was.’
‘Maar dat was het niet. Leermomentje, Carlijn. Waar is het mailtje van Ada?’
Carlijn zocht even op haar telefoon en vond toen de mail van Ada.
Charlotte begon te lezen en gedurende het lezen knikte ze meer dan één keer instemmend.
‘En dit is precies, beste Ada, waarom we je naar hem toegestuurd hebben.’
Ze dacht na en nipte nog eens van haar cappuccino. Karlijn keek haar onderzoekend en afwachtend aan.
‘Wat bedoel je precies?’ vroeg ze.
De mailtjes waren ongeveer gelijktijdig verzonden. Die van Job was aanzienlijk korter dan die van Ada, maar zeker niet onduidelijker. Het waren twee totaal verschillende kanten van hetzelfde verhaal.
Toen Hubert Jan Job met Kurkuma dreigde te vergelijken, knapte er al iets in de trainer. Dat had hij nog wel kunnen negeren, maar de lachjes van die paradijsvogel waren de lucifer in het kruitvat. Het was afgelopen met deze onzin.
Het zou een dag van wraak moeten worden op De Reis, de organisatie die volgens Job zijn trainers uitmolk, steeds meer liet doen voor steeds minder geld, die nooit een blijk van waardering gaf maar het wel direct liet weten als een deelnemer had geklaagd.
Jarenlang had hij zich voor ze ingezet, maar niemand die dat nog wist, want er waren zoveel personeelswisselingen in het team, dat dingen regelde voor de trainers, dat je steeds weer opnieuw moest uitleggen wie je was, welke trainingen je gaf en zelfs waar je woonde, terwijl dit allemaal keurig geregistreerd was op het leerplatform.
Het zat dieper. In zijn overtuigingen. Kapitalisme was de pest van deze tijd. Sinds de val van de muur in 1989 -Job had het natuurlijk meegemaakt- lag niet alleen het socialisme maar ook het sociale denken volledig op zijn gat. De zorg voor de medemens was volledig gekapseisd. Kapitalistisch graaien, pakken wat je pakken kan, dat was sindsdien de norm. En de directie van De Reis vond het, volgens zijn communicatiedirecteur, ‘welbegrepen eigenbelang van de organisatie’ om zijn leiders goed te betalen.
Dit ging ten koste van de mensen die het echte werk deden. De trainers en opleiders in de eerste plaats. Het was nog niet zo erg als bij sommige horeca-opleidingen die middelmatige trainers inhuurden tegen een tarief van 30 euro per uur, maar het stak Job toch dat hij 40% minder geld verdiende dan 12 jaar geleden. En natuurlijk, hij kon stoppen met voor De Reis te werken, maar ze hadden hun marktpositie zo versterkt, dat er vervolgens vrijwel geen werk overbleef voor zzp’ers. Je moest dus wel mee.
Het was te vergelijken met supermarkten, die de kleine zelfstandige naar de periferie van het bestaan dreven. Werkplekken waar directies bakken met geld verdienden, terwijl het personeel minder en minder salaris kreeg. En zo was het ook bij De Reis. De directieleden van het bedrijf zwommen intussen in het geld, sommigen stonden in de top 40 van rijkste mensen in Nederland. Terwijl ze meer en meer beknibbelden op de inkomens van de mensen die het geld voor hen binnenhaalden, verhoogden ze de inkomsten van zichzelf en hun Management Team.
Welbegrepen eigenbelang, zo was het genoemd. De eigenaar wilde ‘toppers’ in zijn MT, en daar hoorde een bepaald salaris bij. Uit betrouwbare bron wist Job dat ze bovendien allerlei benefits voor zichzelf regelden. En reisjes. Om ‘nog eens kritisch te kijken naar de missie en de visie’ en de kernwaarden weer eens te herformuleren, werd er afgereisd naar Dubai en Sevilla. Van het geld dat Job en zijn collega’s binnen harkten.
Dus zou hij wraak nemen vandaag. Daar had hij echter ook deelnemers voor nodig. De band met hen was daarbij een belangrijke voorwaarde. Meestal was dat een van zijn sterkere kanten, maar die Ada zat hem vandaag lelijk in de weg. Ze leek, althans bij deze groep, gemakkelijk verbinding te maken. Om de een of andere reden vond ze het nodig om een goede band te scheppen met zijn deelnemers. Zijn deelnemers.
Juist vandaag kwam dat helemaal niet uit. Om half twee zou een televisieploeg van RTL verschijnen. Via Ruben Graanoogst, een ex-deelnemer van hem, was het contact met de televisiezender gelegd. De Reis was een interessant item, nu het een van de grootste opleiders van het land was. De organisatie was zo money driven geworden, dat het halve land een hekel aan ze had gekregen.
Het contact met Ruben was gebleven. Ze woonden niet ver bij elkaar vandaan en dronken af en toe een borrel. Ruben was vragen gaan stellen.
‘En? Heb je het nog naar je zin bij De Reis?’
‘Praat me er niet van. We draaien de ene training na de andere.’
‘Ik spreek regelmatig trainers die niet meer voor ze willen werken.’
‘Dat kan ik me niet permitteren.’
‘Waarom leef je dan ook op zo’n grote voet? Leer eens sparen’ lachte Ruben ‘Alle vrouwen lopen bij je weg omdat je niet rijk bent. Als je oud wordt, wordt dat een punt’
‘Welnee, vrouwen kunnen zichzelf heel goed zelf bedruipen tegenwoordig. Die lopen niet bij mannen weg om het geld, maar vanwege hun narcisme. Maar nog even over De Reis. Het ergste met die kapitalistische clubs is dat je nauwelijks invloed kunt uitoefenen op hun praktijken. Het is take it or leave it. Aan het handje van McKinsey en dat soort organisaties vergroten ze hun winsten en besparen op kosten. Om het geld vervolgens door te sluizen naar de top van de organisatie. Waar die consultants weer vet van mee profiteren. Immers, welke directieraad maakt bezwaar tegen kostenbesparingen, terwijl het eigen salaris toeneemt?’
‘Hoezo kun je daar geen invloed op uitoefenen?’ vroeg Ruben ‘Er zit nu iemand van RTL tegenover je, man. Ik ruik een leuk item. Laten we jou aan het woord en je deelnemers. Niemand houdt van kapitalistische organisaties die zoveel concurrentie uit de markt halen. Denk aan Amazon, Apple of Microsoft.’
‘Neoliberalen zijn dol op dat soort organisaties.’
Job wilde erover nadenken, zei hij.
‘Ze kunnen me vervolgen wegens smaad. En ik kan mijn werk daar wel vergeten.’
‘Daar geloof ik niets van’ zei Ruben ‘Ik regel wel even met RTL dat het item zo in elkaar wordt gezet, dat het hun reputatie schaadt als ze jou ontslaan. En anders kan je zo aan de gang bij de concurrenten.’
‘Dat vraag ik me af. Die zullen denken: het is een man die zijn opdrachtgevers schaadt, die moeten we niet hebben.’
‘Welnee. Daar is je zaak te rechtvaardig voor. We moeten je neerzetten als een man die opkomt voor zijn collega’s. Een held die de vileine graaiers aanpakt. Het beste is dat we met een cameraploeg bij je komen en met jou en wat deelnemers praten over de misstanden. Daarvoor moet je ze voor je winnen, maar ik herinner me dat dat een van je beste eigenschappen was, verbinding maken met deelnemers.’
Job aarzelde nog. De deelnemers waren een bottleneck voor hem. Hoe kreeg je die mee?
‘Fuck, Job. Je zou nu blij moeten zijn. Wat een kans om op jouw vierkante millimeter het globalisme en kapitalisme aan te pakken! Een prachtige gelegenheid bovendien om elegant wraak te nemen.’
Uiteindelijk stemde Job met een brede grijns in.
Met als gevolg dat de televisieploeg om half 2 zou arriveren op de Learning Lane. En ja, dat gaf extra druk. Hij had er wakker van gelegen vannacht. En nu, op de dag zelf, waren de voortekenen niet goed.
Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen?
Probeer het Pro-abonnement een maand gratis
En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.
Word een PRO