Het elfde deel van dit feuilleton. Organisatietrainer Job Steenstra geeft een training op de Learning Lane, maar het zit allemaal niet mee. Hij is vrij laat, de techniek laat hem in de steek, er is een opdringerige collega en hij krijgt maar moeilijk verbinding met de deelnemers. Hij is de zestig voorbij en neemt van alles aan over de wereld om hem heen, hoe zeer hij beseft dat een trainer dat niet zou moeten doen. En dan is er ook nog een co-trainster, Ada, die in zijn allergie zit...en deelnemers die zich niet veilig voelen...of doen ze maar alsof?
'Hubert-Jan verbrak de stilte. Hij liep terug naar zijn plaats en mompelde iets onverstaanbaars. Job ging er niet op in, maar wachtte geduldig tot hij weer plaats nam. Het was nog even ongemakkelijk stil, voordat Lies-Hilde met haar lichaamstaal de aandacht trok. Het begon ermee dat ze langzaam nee schuddend naar haar handen op de tafel voor zich keek. Job besloot van die nadrukkelijke non-verbale handeling een bruggetje te maken in de kennismaking.
‘Lies-Hilde, mag ik jou vragen de kennismaking te vervolgen?’ vroeg hij beleefd, maar ze keek niet onmiddellijk op.
‘Mag de kachel wat hoger?’ vroeg Jolanda die haar handen kruislings voor haar bovenlichaam vouwde en een beetje met haar schouders schudde om te laten zien dat ze het koud had.
‘Ik vind het juist warm’ zei Hubert-Jan, die blij leek te zijn dat hij zich kon herpakken.
‘Misschien je colbertje even uittrekken?’ zei Antoon.
‘Of misschien kan Jolanda haar jas aantrekken?’ pareerde Hubert-Jan met een stem, die zwaarder en minder echt klonk dan net. Job zag Ada rondkijken van de een naar de ander. Misschien nam ze hetzelfde waar als hij. De groepsdynamiek was misschien niet optimaal. Er leken clustertjes te zijn. Hubert-Jan en Lies-Hilde leken een tandem. Datzelfde gold voor Antoon en Jolanda. René, Sangeeta en Agnes kon hij nog niet peilen, maar dat deze deelnemers geen eenheid waren speelde hem natuurlijk in de kaart. Wanneer de groepsleden één geheel waren geweest die unaniem waren, dan was het lastiger geworden.
Lies-Hilde keek hem plotseling aan.
‘Ik vind gewoon dat dit niet kan.’
‘Wat?’ vroeg Job.
‘De manier waarop jij Huub net de mond snoerde. Ik vind niet dat je als trainer zoiets kan maken. Als trainer moet je je deelnemers motiveren. En dit doe je niet door ze autoritair in de hoek te zetten.’
Job wilde reageren, maar Antoon was hem voor.
‘Alsjeblieft, Lies-Hilde, zullen we het gezellig houden.’
Lies-Hilde keek Antoon een moment verrast en vervolgens verontwaardigd aan.
‘Ik zeg hier wat ik vind. Deze man…’
Ze wees naar Job, terwijl ze Antoon met felle ogen aankeek.
‘Deze man doet iets wat de motivatie van deelnemers wegneemt. En daar mag ik wat van zeggen. We betalen De Reis een fors bedrag voor deze opleiding.’
Ada keek naar Lies-Hilde met een blik die instemmend leek in de ogen van Job, maar ze temperde de blik door niet bevestigend te knikken. Job irriteerde zich niettemin aan haar.
‘Je drijft de boel op de spits’ zei Antoon ‘Dat is nergens voor nodig. Die man doet gewoon zijn werk. Laten we hem een kans geven. Dan leren we misschien ook nog iets.’
Agnes knikte en ook Jolanda viel hem bij.
‘Ja, Lies, ik begrijp misschien je gevoel wel, maar ik denk niet dat we er veel aan hebben om hier in de weerstand te gaan zitten. Dan wordt het een lange dag. Ik heb het trouwens nog steeds koud en ik ga er iets aan doen ook.’
Ze stond op en liep naar de thermostaat. Als houdingen konden spreken zou die van Hubert-Jan nu zoiets zeggen als ‘het maakt kennelijk niet uit wat anderen ervan vinden, ze doet toch wat ze wil’.
‘Nou’ zei Lies-Hilde ‘Ik zal me vanaf nu inhouden, maar ik sla even over bij de kennismaking. Ik voel me nog even niet veilig.’
Veiligheid. Een woord dat de meeste trainers normaliter heel serieus namen. Net als vertrouwen. Veiligheid en vertrouwen waren in trainingen je smeerolie, was de opvatting. Dan was de stap naar intrinsieke motivatie snel gezet. En ook die intrinsieke motivatie was belangrijk volgens de opleidingen tot trainer.
Job wist dat je er niet omheen kon, maar had na al die trainersjaren de conclusie getrokken dat deze woorden nogal eens strategisch werden ingezet door medewerkers en deelnemers. Als mensen werden geconfronteerd met kritische feedback, dan werden veiligheid en vertrouwen uit de kast getrokken. Ook intrinsieke motivatie was een degen dat tevoorschijn kwam als er iets gebeurde dat deelnemers niet leuk vonden.
Het gedrag van Lies-Hilde raakte hem dan ook niet. Integendeel, hij vond haar een dominante zeurkous, wat hij als trainer niet zou moeten voelen, want het zou niet om zijn persoonlijke opvatting moeten gaan, maar om haar leerproces. Toch kon hij weinig sympathie opbrengen voor deze hittepetit die hem een broeierige pot van roddel en intrige leek.
‘Okay’ zei Job ‘Niemand hoeft hier iets tegen zijn zin in te doen. René, jouw beurt.’
René was geen prater. Hij was het type man dat open vragen beantwoordde alsof het gesloten vragen waren. Kort, als om er snel vanaf te zijn.
‘Ik ben 51 jaar. Ja, wat moet ik verder vertellen?’ zei hij met een licht Twents accent. Net als anderen uit gebieden waarin men een dialect spreekt, probeerde René algemeen beschaafd Nederlands te praten. Dit lukte meestal maar half.
Job probeerde hem aan het praten te krijgen.
‘Wat doe je voor de kost?’
‘Ik ben facilitair manager bij een nucleair bedrijf.’
‘Hoe vind je dat?’
‘Wel goed, geloof ik. Niet mijn droombaan, maar het gaat.’
‘Wat is je droombaan dan?’
Hij dacht na.
‘Dat weet ik niet zo goed. Vroeger wilde ik buschauffeur worden, maar nu niet meer.’
Er viel een stilte. Job had niet per sé een hekel aan dit soort mensen, maar hij kon er ook niet zoveel mee. Hij zag eruit als een zogenaamde ‘stille kracht’; een etiket dat managers graag gaven aan medewerkers waar ze weinig last van hadden.
Meestal omdat de personen in kwestie introvert waren. Ze zeiden niet direct wat ze vonden, wat managers uitlegden als welwillendheid. In werkelijkheid was het dat zelden. Ze meden simpelweg de confrontatie, bijvoorbeeld omdat ze bang waren voor baanverlies of omdat ze er een paar nachten slecht van sliepen.
Hij wist dit omdat hij nogal eens van die ‘stille krachten’ coachte. Hun managers stuurden ze dan, omdat ze ‘meer zichtbaar’ moesten zijn. Hiermee werd bedoeld dat ze met hun zachte stemmen het koor van schreeuwende collega’s moesten proberen te overstemmen. Introversie werd in boeken en op sociale media steeds vaker geprezen. Dit ten koste van extraverte medewerkers. Die zouden zich alleen maar profileren, maar de stille krachten, daar moest je het van hebben. Wel, hier zat er één. Een of andere René uit het oosten van het land.
‘Buschauffeur. Waarom wilde je dat worden?’
René dacht even na.
‘Vond ik mooi’
Job stapte in de valkuil van de gesloten vraag.
‘Gaf het je een stoer gevoel om achter dat stuur te zitten?’
‘Ik denk het, ja.’
René keek hem aan met ogen, die leken te wachten op een conclusie van Job’s kant, zodat het gesprek stopte. Job ergerde zich aan deze houding en schakelde door naar de afsluitende vraag.
‘Wat is je leerdoel vandaag?’
Wederom was het even stil.
‘Mijn vrouw en mijn baas willen dat ik wat vaker vertel hoe ik me voel.’
Opnieuw keek hij Job afwachtend aan, als een hond die op zijn baas wacht om mee uit te mogen, maar Job wist de oplossing ook niet direct. Hij wist wel ‘een’ oplossing, maar niet ‘de’ oplossing. En meestal waren de oplossingen die je zelf bedacht voor je deelnemers niet werkbaar, al leken ze nog zo briljant bedacht.
‘Vertel’ moedigde Job hem aan, maar er ontstond niet ineens inspiratie bij de Twent.
‘Hoezo, vertel?’
Job probeerde het over een andere boeg.
‘Wat vind je echt leuk, René?’
René leek de vraag niet te begrijpen.
‘Waarvan word je warm?’
‘Op mijn werk of privé?’
‘Dat mag beiden.’
‘Nou, dat heb ik niet zo. Ik ben wel graag bezig met mijn miniatuurspoorbaan, maar dat komt er niet zo van de laatste tijd.’
Job haakte af bij de miniatuurbaan, zei ‘dank je wel’ en verslikte zich bijna. Miniatuurspoorbaan! Was dat in de jaren ’40 en ’50 van de vorige eeuw niet de hobby van mensen, die uit joost-mag-weten-wat-voor-aandrang de tijd verdreven met het verzamelen van sigarenbandjes en postzegels?
(wordt vervolgd)
Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen?
Probeer het Pro-abonnement een maand gratis
En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.
Word een PRO