Hou 's op met zeuren, dames!

Columns

Tip vooraf: wie feministisch gesproken een zwakke maag heeft, kan dit stukje beter niet lezen.

Van alle problemen die vrouwen kunnen meemaken, vind ik hun veronderstelde geringe aanwezigheid in topfuncties verreweg de minst belangrijke. Preciezer, ik vind het een non-probleem. Dat het toch zo’n aandacht krijgt, geeft slechts aan dat het een elitair dingetje is: ‘daders’ en ‘slachtoffers’ verkeren in dezelfde kringen en bestoken elkaar met rapporten en columns: Topvrouwen… houdt het getob dan nooit op?   En ik doe er nu ook aan mee.

We praten over een handjevol banen dat volgens sommige vrouwen (en al dan niet spontaan volgens wat mannen) genderkundig niet eerlijk verdeeld is. Tjonge! Er zijn heel wat meer banen die gewoon worden geschrapt of die alleen op flexbasis worden ingevuld. Ik kan ...

A. Vellinga
Een bijzonder zwakke column. Getuigt van te weinig kennis van zaken en een typisch voorbeeld van:" dit probleem is niet erg, kijk eens, deze groep heeft het nog veel zwaarder". De schrijver lijkt de aansluiting met de huidige generaties te hebben verloren. Dat er te weinig vrouwen werken in de top (ja dat is zo) is dezelfde kant van de medaille als de oververtegenwoordiging van vrouwen in het onderwijs.
Alice Vellinga, bestuurder Zienn en Het Kopland én moeder van twee zonen.
Paul Verburgt
Ik had me graag laten overtuigen met inhoudelijke en cijfermatige weerleggingen van mijn argumenten (want dat is de bedoeling van Managementsite), maar ik lees ze niet in de reactie van mevrouw Vellinga. Wel lees ik dat ze me dom en oud vindt. Geloof duldt geen twijfel.

Paul Verburgt
Martha
Wat was uw gedachte toen u dit schreef?
Wat is de expliciete boodschap die u uw lezersgroep wilt meegeven? (Zijn dat dan overigens overwegend mannen?)

Welke doel had u voor ogen bij deze publicatie?
Denkt u hiermee dat het doel bereikt is?
Paul Verburgt
Martha,

Een schrijver wil gelezen worden, ook al is het twee jaar na publicatie. En zo oud is mijn column.

Er is sprake van een lichte opleving van de belangstelling voor mijn stukje, want op twitter werd ik er deze week ook op aangesproken. Nou ja, gesproken? Zeg maar aangevallen. Ik was (ben) zuur, gefrustreerd, sneu en stuitend. Kortom het gebruikelijke ad hominem repertoire als je kritische kanttekeningen plaatst bij een dogma.

Wat was mijn motivatie? vroeg de twitteraarster. En u doet dat nu ook.

Ik vind het een opmerkelijke vraag. In plaats van in te gaan op mijn argumenten wordt gevraagd naar mijn geestestoestand tijdens het schrijven. Ik kan u verzekeren dat die prima was en nog steeds is, maar het doet er niet toe.

Ik heb naar aanleiding van uw commentaar nog eens mijn column doorgelezen. Ik neem er geen woord van terug, integendeel, hij is nog steeds actueel. En alle al dan niet impliciete veronderstellingen dat ik een misogyne reactionair zonder dochters ben, leg ik fluitend naast me neer. Of nee, inspireren me tot nog meer van dit soort columns.

Dat de avatar in de kantlijn van uw commentaar een mannetje is, is natuurlijk wel een punt in mijn nadeel.

Paul Verburgt
Maaikel Klein Klouwenberg
Pro-lid
Respect voor de auteur die een onpopulair standpunt durft in te nemen.
Zelf merk ik opstandigheid als het gaat over een 'quotom voor vrouwen in de top',
ik zie juist dat vrouwen meer kansen krijgen (het is zelfs 'mode' om vrouwen in de top te benoemen).

Mijn oplossing, als het quotom voor vrouwen in de top dreigt te komen ga ik de barricaden op voor een quotom voor mannen in het lager onderwijs, en voor mannen in de zorg.

Benieuwd wat voor tegenargumenten er dan gaan komen......
Maaikel Klein Klouwenberg
Pro-lid
De auteur verdient respect voor een onpopulair tegen-de-stroom in geluid.
Hier een voorbeeld uit eerste hand van een vrouwelijke voorzitter van de Raad van Bestuur van een grote not for profit organisatie. Ze had een vacature voor CFO en wilde perse een vrouw. Ze huurt een vrouwelijke head hunter in, gespecialiseerd in,. . je raad het al: vrouweijke kandidaten. De oogst was volgens de vrouwelijke voorzitter zeer mager, slechts enkele kandidaten en geen enkele voldeed aan de geschiktheidseisen. En nu de uitsmijter: een van de afgewezen dames belde de voorzitster, en melde:" ik weet wel een geschikte kandidaat, mijn man."
Haar en mijn conclusie: 'ze zijn er niet'.

Meer over Diversiteit in organisaties