We hebben afgesproken in Olivier in Utrecht, de oud CNV-voorzitter Bert van Boggelen en ik. We kennen elkaar nog van de middelbare school en hebben elkaar daarna niet vaak meer gezien. Via de moderne sociale media kom je je klasgenoten van voorheen echter overal tegen en zo kwam het dat we elkaar in het voorjaar troffen, en nu in november een interview zouden hebben.
Hij sloeg in het voorjaar nog de voorzittershamer van het CNV. The coming woman van Groen Links, Jolanda Sap, zag Berts kwaliteiten en vroeg hem om mee te doen met de verkiezingen. Hij stond aanvankelijk achtste op de lijst, maar Groen Links laat zijn kandidaten zich ook nog even presenteren aan de achterban die dan mogen stemmen. In twee minuten moet je jezelf voor het voetlicht brengen.
‘Daar ben ik niet goed in’ lacht Bert boven zijn biertje ‘Mijn kwaliteiten zitten niet in even snel laten zien wat je kan. Ik begrijp dat dat nodig is tegenwoordig. Maar zo zit ik niet in elkaar, ik ben meer een bestuurder. Ik zakte na dat Groen Links congres dus naar de 14e plaats.
Ik ben geen CNV-voorzitter meer en geen lid van het parlement geworden, en op dit moment vind ik dat eigenlijk wel best. Ik ben even niet aan het werk en vermaak me heel goed in deze omstandigheden. Een soort sabbatical en vervelen doe ik me niet. We zijn bezig met een grote renovatie van ons nieuwe huis. Dat proberen we zo duurzaam mogelijk te doen. En ik zie de kinderen vaker.
Ook ben ik met mijn vader op vakantie geweest naar Noorwegen, en binnenkort gaan we naar Berlijn. Je zou er natuurlijk verontwaardigd over kunnen zijn dat je door een politieke partij gevraagd wordt op de lijst te komen, en vervolgens buiten de prijzen valt, maar waarom zou ik?’
Helemaal geen teleurstelling? Nee, echt niet, zegt Bert van Boggelen overtuigend. Ik geloof hem op zijn woord. Vroeger al was hij een integer mens. Hij zou geen vlieg kwaad doen. Ik geloof niet dat ik hem ooit kwaad heb gezien. Hij was vol begrip en iemand die met alle partijen in de klas een goede band had. Een beetje afwezig soms, maar ineens kon hij dan zijn aandacht weer op je richten.
‘Ik was heel nieuwsgierig’ licht hij toe ‘En dat ben ik gebleven. Ik keek altijd verwonderd naar iemand zoals jou, die in allerlei wereldjes kwam, die voor mij toegesloten bleven. Jij had altijd een stoere houding, maar wat er achter zat deugde. Het hart was goed, zal ik maar zeggen. Dat vond ik niet moeilijk, het goede hart zien achter een houding.
Nu heb ik dat nog. Ik kan goed opschieten met mensen met een houding of status. Voor mij doet die status er niet zo toe; ik beoordeel iemand er niet op. En dat voelen mensen. Die kunnen dan ook gewoon zichzelf zijn. Jij was eigenlijk de eerste bij wie ik dat had.’
Het gaat even over toen, over mij, al herken ik wat hij zegt. Hij was iemand bij wie je je veilig voelde en dat veilige gevoel leidde er bij mij toe dat ik mijn stoere gedrag aflegde. Dat zegt iets over hem. Maar of hij het nu bij mij voor het eerst meemaakte, dat betwijfel ik. Bij zijn vader moet hij toch ook iets dergelijks zijn tegengekomen?
‘Misschien wel. Misschien word je als zoon van een dominee al op jonge leeftijd geconfronteerd wordt met het verschil tussen ‘binnenkant’ en ‘buitenkant’. Een dominee had in het Harderwijk van onze jeugd behoorlijk wat status. En ik maakte hem natuurlijk van binnenuit mee, zonder die status.
Ik heb eigenlijk nooit de parallel gelegd tussen de relatie met mijn vader enerzijds, en het gemak dat ik had met mensen met status anderzijds. Wel geloof ik dat het goed is voor mensen om zich te realiseren dat status niet het belangrijkste is.’
Hoe word je directeur van een vakvereniging? Ik vroeg het hem in het voorjaar, toen ik hem bezocht, hoog in de CNV-toren bij station Utrecht Overvecht. Een echt stevig antwoord kreeg ik niet, wat het beeld bevestigt van het Groen Links-congres: Bert is geen man die zichzelf in 2 minuten neerzet. Daar is hij te weinig opschepper voor. Met zijn staat van dienst zou hij zich rustig arrogant mogen gedragen, dacht ik toen.
Jolanda Sap zag kennelijk iets in hem, wat niet iedereen onmiddellijk ziet. In ieder geval Claire Polak niet toen ze hem, in Buitenhof interviewde. Ze viel hem in de rede, onderbrak hem, wat overigens vaker haar stijl is. Van Boggelen was even uit zijn evenwicht maar herstelde zich, en wel zodanig dat de kranten hem achteraf lof toezwaaiden, en Polak bekritiseerden.
Ook vroeg ik hem daar in Utrecht waarom hij toch in hemelsnaam voor de vakvereniging had gekozen. Vakbonden zijn niet populair in deze tijd. Zeker niet bij jongeren. Maar Bert had een goed argument, dat natuurlijk te maken had met menselijkheid: er moet nu eenmaal iemand zijn die het belang van de medewerker behartigt. Hij stond daarbij open voor nieuwe vormen van medezeggenschap, maar dan moesten ze wel met elkaar worden gecreeërd.
Samen moet je er toch uit komen, dat was zijn belangrijkste antwoord. Het waren de woorden van een verstandige man. Nu, bij Olivier, zegt hij dat het eigenlijk al tijd was in het voorjaar om weg te gaan bij het CNV. Hij was er al zo lang. En dat voor zo’n aardige man, merkte ik op.
‘Dat zal niet iedereen hebben gevonden in mijn jaren bij de bond. Ik heb wel eens een paar bestuurders naar huis gestuurd die naar mijn mening niet goed functioneerden. Ik heb geen moeite met impopulaire besluiten wanneer dat het geheel ten goede komt. Anders kan je natuurlijk ook nooit een goede voorzitter zijn. Ook geen goede vader trouwens. Daar moet je ook optreden om kinderen verder te helpen in hun ontwikkeling. Momenteel heb ik daar lekker veel tijd voor.’
Alexander Pechtold zei het mooi in De Wereld Draait Door: ‘Nuance laat zich niet schreeuwen’ Bert van Boggelen is daar het vleesgeworden voorbeeld van. Kwaliteit is niet altijd aan de oppervlakte zichtbaar. Groen Links en de Tweede Kamer zijn een geweldige bestuurder misgelopen.
Waar vind ik toepasbare kennis en gedeelde ervaringen?
Probeer het Pro-abonnement een maand gratis
En krijg toegang tot de kennisbank. 110 onderwerpen, kritisch, wars van hypes, interactief en geselecteerd op wat wél werkt.
Word een PRO
Volgende keer lekker borrelen bij Mammoni/Delano he!
Mooi om te lezen dat er mensen zijn die nog genuanceerd hun verhaal durven te brengen, ook al weten ze dat ze daar op afgerekend worden. Als jongere doe ik daar natuurlijk enigszins aan mee, omdat "het volk bepaalt". Wat scoort, dat blijft.
DWDD is een goed voorbeeld: leuk, innovatief programma, dat je snel van veel verschillende onderwerpen op de hoogte brengt, maar met redelijke goede interviews, kort (max 10. min), maar ook weer niet supersonisch (U heeft 45 sec. om uw standpunt toe te lichten). Maar ook daar is het een beperkt beeld: alleen de spannende uitspraken van politici halen de uitzending, want dat is nieuws. De dagen rondom de regerings-verklaring eens ingeschakeld op Politiek24.
En voila, Cohen blijkt best mee te vallen. Ook hier een bestuurder, die een genuanceerde boodschap probeert te brengen, maar struikelt over de "vorm" & "stijl".
Tekenend dat zelfs bij GroenLinks, dat over het algemeen ook redelijk genuanceerd is, het "populisme" toch de doorslag geeft. Goed dat de achterban (democratisch a la D66) ook zeggenschap heeft op de kieslijst, maar geef mensen dan ook de kans om hun "genuanceerde" verhaal te vertellen, als je een partij van de nuance bent. Gisteren bij Pauw & Witterman ook een ex-kandidaat PVV'er, Tromlow. We verschillen misschien hier & daar over opvattingen, maar wat een verademing om ook daar een stukje nuance te horen.
Van Agt bij Nova Collegetour, Wijffels gisteren bij P&W: volgende keer een kabinet van "redelijken", vertegenwoordigt door mensen die het belang van Nederland voorop stellen, ipv het partijbelang. Rutte doet het best aardig tot nu toe (qua vorm & leiderschap), dus mag wat mij betreft best lijden geven aan Kabinet Nuance, aangevuld met mensen zoals Wijffels (CDA), Rinnooy Kan (D66), Van Boggelen (GL), Tromlow (vertegenwoordiging PVV). Veel meer Nederlanders vertegenwoordigt & handelen in het landsbelang.
"Wat is dromen toch mooi".