Verandermanagement door ruimte nemen en ruimte geven

Cover stories

Inleiding

Eigenlijk draait het bij veranderen allemaal ominvloed. Voor de medewerkeis het de vraag: hoe krijg ik zoveelmogelijk invloed op de veranderingen? Voor de adviseur of demanager is het de vraag: ben ik als manager/veranderaar bereidmedewerkers invloed te geven? De spanning tussen invloed zoeken eninvloed krijgen komt in dit artikel aan de orde. We spreken hierliever over speelruimte en we menen dat het effectief benutten vande speelruimte de acceptatie van veranderingen vergroot.

Voorbeeld 1: Weinigspeelruimte

Een private bank met uitsluitend vermogendeklanten decentraliseert, waa...
Albert Stallaart
Prima! Wel hier en daar letten op taal(constructiefouten) die zijn storend. Inhoudelijk goed, precies lang genoeg en schema's die verhelderen. Ik kon het zo van mijn scherm lezen en dat is iets wat ik zelden doe.
Fred Akkerma
Beste Erik,

Leuk artikel. Ik vind het 'speelruimtemodel' interessant, maar vraag me af of er wel sprake is van drie variabelen: inhoud, procedure en participatie. In mijn ogen is de participatie-speelruimte eerder een resultante van inhoud en proces. Je geeft zelf al aan dat een positie links op de inhoudsas vrijwel automatisch een linker positie op de participatie-as betekent. De twee zijn dus in elk geval gecorreleerd. Zeker als je onder processen ook 'informele' c.q. 'culturele' processen begrijpt, vervalt participatie-speelruimte als onafhankelijke variabele. Impliciet vallen daar immers ook bereidheid, betrokkenheid en dergelijke onder. Maakt je model in elk geval een stuk gemakkelijker.
A.M.A. Goossens
Interessant artikel, met prikkelende eindstelling; Aan de stelling ontbreekt een voorwaarde. De voorwaarde dient te worden gesteld om de stelling te toetsen. Voorwaarden als: Betreft het een noodzakelijke verandering (drastisch snijden in overhead budgetten, overgang van conservatieve naar progressieve werkwijze, van pen naar ERP/MRP, of zoiets als "vanaf heden hebben alleen de verkopers nog contacten met klanten")dan ben ik het oneens. Betreft het processen die geleidelijk mogen of kunnen geschieden dan ben ik het zonder meer eens. Mijn idee is dat de participatiemethode a priori in de Nederlandse cultuur het beste werkt, elders niet. Tevens ben ik de mening toegedaan dat de participatie (of consensus, want daar neigt het naar) methodieken wel eens worden overdreven, en sterk afhankelijk van de bedrijfscultuur. Tradionelere bedrijven zullen haar niet als toepasbaar beschouwen, progressievere bedrijven echter wel.

Erik Reijnders
Beste Fred,
Bedankt voor je reactie. Ik vraag me soms wel eens af wanneer een
model echt 'af' is. Een ware professional blijft immers altijd
sleutelen en puzzelen. Dat zal ik ook doen n.a.v. jouw reactie
(en wellicht die van anderen) over de precieze relatie tussen
de drie assen.. Wat dat betreft is dit een fantastisch medium!
In ieder geval was de in het model beschreven driedeling zeer
inzichtelijk voor buitenstaanders. Met vriendelijke groet,
Erik Reijnders
Sebo Boerma
Het onderwerp van uw artikel spreekt mij zeer aan. In het artikel lijkt het echter alsof de mate van ruimte een zelfstandig te bepalen iets is. Mijns inziens zou dit echter moeten volgen uit het beleid dat een organisatie erop na houdt of wil gaan nahouden.

Een tweede vraagteken heb ik bij de top-down benadering van het bepalen van participatiespeelruimte. Dit lijkt me een aardige contradictie.
Lieven Devos
het is inderdaad zo dat je heel goed moet afwegen welke de omstandigheden zijn die leiden tot een verandering en welk de omvang is.
Mieke van den Broek
Wellicht is dit verhaal interessant voor verandertrajecten in de privaat-particuliere samenwerkingsverbanden. Mogelijk zijn daar ook case over.

Meer over Sturen op verantwoordelijkheid